De tussentijdse deadline in 2025 wees de rechter wel af.
25-1-2025
Staat verliest stikstofzaak van Greenpeace, krijgt wel zes jaar tijd
Greenpeace is woensdag in het gelijk gesteld in een bodemprocedure tegen de Staat. Die moet de stikstofdepositie op stikstofgevoelige natuur eind 2030 zeer fors drukken. De tussentijdse deadline in 2025 wees de rechter wel af.
De Staat moet voor 31 december 2030 zorgen dat op 50% van de stikstofgevoelige natuur niet meer stikstof neerdaalt dan de natuur aankan. Dat oordeelde de rechter woensdag in de rechtbank Den Haag in een bodemprocedure die Greenpeace tegen de Staat had aangespannen.
Landbouwminister Wiersma noemt de uitspraak in een reactie ‘zeer kritisch’, maar stelt ook dat ze betwijfelt of een plan mét NPLG tot een andere uitspraak had geleid. Over eventuele gedwongen uitkoop van boerenbedrijven als gevolg van de uitspraak was ze stellig. “Dat gaan we niet doen, gedwongen uitkoop ga ik als minister niet meemaken.”
Niet alle eisen Greenpeace ingewilligd
De rechter wees de Greenpeace-eis voor een harde deadline voor een stikstofdepositiedaling in 2025 wel af. In het oordeel van de rechter speelden het schrappen van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) en het transitiefonds en het ontbreken van een alternatief een belangrijke rol.
De rechter stelde dat de Staat onrechtmatig handelt jegens Greenpeace, maar ging niet in alle eisen van Greenpeace mee. Zo hoeft de Staat niet dit jaar al 75% van de meest kwetsbare natuur in Natura 2000-gebieden, de zogenoemde rode lijst, onder de kritische depositiewaarde te brengen. De Staat krijgt, op straffe van een dwangsom van €10 miljoen, vijf jaar langer de tijd en tegen een lager percentage: het wettelijke minimum. De Staat moet er voor 31 december 2030 voor zorgen dat op 50% van de stikstofgevoelige natuur niet meer stikstof neerdaalt dan de natuur aankan. Volgens de rechter de ‘absolute ondergrens’. De Staat moet daarbij prioriteit geven aan de meest kwetsbare natuur. De rechter noemde daarbij onder meer de Veluwe.
Jarenlang te weinig actie van overheid
De rechter wees erop dat de overheid al jarenlang te weinig doet om verslechtering van de natuur tegen te gaan. Hij benoemde daarbij expliciet de plannen van het vorige kabinet om natuurverslechtering tegen te gaan: het NPLG en het transitiefonds van ruim €20 miljard. Beide zijn door het huidige kabinet geschrapt en daar tilde de rechter zwaar aan. Het NPLG bood volgens hem juist een mogelijkheid om de voortgaande natuurverslechtering tegen te gaan. De rechter stelde dat het huidige gevoerde stikstofbeleid hier haaks op staat en dat er geen werkbaar alternatief voor het NPLG en transitiefonds is. Ook benoemde hij dat er nu nog maar €5 miljard op het LVVN-ministerie ligt en dat stikstofdoelen met ongewijzigd beleid waarschijnlijk niet gehaald worden.
Eerder was al bekend dat de gevolgen van de rechtszaak tussen Greenpeace en de Staat fors konden zijn. Als Greenpeace in het gelijk zou worden gesteld, wat nu dus gebeurd is, kost dat het ministerie van LVVN maximaal 15 miljard en is gedwongen opkoop van boerenbedrijven nodig. Toen was echter nog wel sprake van een deadline in 2025. Daar ging de rechter vandaag echter niet in mee.
Caroline van der Plas (BBB) laat in een reactie weten ‘blij te zijn dat het wettelijke en onhaalbare doel voor 2025 niet gehaald hoeft te worden. Dit geeft volgens haar ruimte aan het kabinet om wetgeving aan te passen. “BBB wil snel de wet aanpassen om Nederland van het stikstofslot te halen”, aldus van der Plas.
Boerderij
0 reacties :
Een reactie posten