Het eigen huis in tijden van transities

Datum:
  • donderdag 4 mei 2023
  • in
  • Categorie: , ,
  •  Het eigen huis is een dure kostenpost.......



    3-5-2023


    Het eigen huis in tijden van transities (2)

    Tjeu Lemmens
    Het eigen huis is een dure kostenpost met hypotheeklasten op nummer één en energieverbruik op twee. De veelbesproken energietransitie begint met rasse schreden menens te worden. Huiseigenaren zullen de portemonnee moeten trekken, want isoleren en warmtepompen vergen grote investeringen terwijl de terugverdientijd lang is. Wat je ervoor terugkrijgt is een onbetrouwbare energievoorziening. Dit is het tweede artikel in een drieluik over transities en het eigen huis. In het vorige artikel (zie GV 63) heb ik de aankomende transities in belastingen op het eigen huis behandeld.
    H

    et doel van het Nederlandse klimaatbeleid is om de temperatuurstijging van de gehele aarde te beperken tot 1,5 graad. Doen we dat niet, dan volgt een klimaatramp van zondvloedproportie, aldus onze bewindslieden. Daarom moet het land in 2030 de uitstoot van CO2 gehalveerd hebben ten opzichte van 1990, en over 27 jaar moet deze uitstoot tot netto nul teruggebracht zijn, aangeduid met de term ‘klimaatneutraal’. Om dat doel te bereiken moeten huizen aangesloten worden op klimaatneutrale energie. Deze drietrapsraket in de klimaatlogica komt voort uit de fictie dat de opwarming van de aarde de schuld is van de mens en door de mens gestopt moet worden met financiële offers.

    Deze fictie heeft geleid tot klimaatakkoorden, klimaatbeleid en klimaatmaatregelen, die een ingrijpende energietransitie moeten bewerkstelligen. Een belangrijk onderdeel hiervan is dat huishoudens op termijn hun woningen niet meer mogen verwarmen met aardgas of andere fossiele brandstoffen. En dat terwijl de grootste gashoeveelheid van Europa zich onder Nederlandse bodem bevindt en aardgas de schoonste fossiele energiebron is die per geleverde energie-eenheid de minste CO2 uitstoot. Ook warm douchen op aardgas zal op termijn niet meer mogen. Om een huis leefbaar te houden moet aardgas vervangen worden door zogenaamde hernieuwbare energiebronnen: zon- en windenergie en de zeer vervuilende houtsnippers, biomassa genaamd. De maatregelen om een klimaatramp te voorkomen zijn op Europees niveau vastgelegd in de Green Deal die uitgaat van de vooronderstelling dat CO2 – en CO2 alleen – de oorzaak is van klimaatverandering. De omschakeling naar hernieuwbare energiebronnen zit vol met knelpunten en drogredeneringen.

    De standaard voor het verwarmen van woningen moet een combinatie worden van een elektrische warmtepomp en een aardgasketel, hybride warmtepomp genaamd. Vanaf 2026 is het verplicht om een versleten cv-ketel te vervangen door minimaal zo’n hybride apparaat. Alternatieven zijn de volledig elektrische warmtepomp of aansluiting op een warmtenet. Met de hybride oplossing kan veel aardgas worden bespaard en dat is goed voor klimaat en portemonnee, aldus de minister voor Klimaat en Energie. Maar de aanschafprijs van zo’n apparaat is met minstens € 6.000 aanzienlijk. Daarbij is het een tussenoplossing, want de cv-ketel gebruikt nog steeds gas, hoewel minder. Vanaf 2050 moet alle apparatuur in huis volledig op elektriciteit werken, opgewekt door hernieuwbare energiebronnen.

    Installatie van een warmtepomp is slechts één onderdeel van de totale energietransitie. Ook moet de woning warmte lang vasthouden. De isolatiekosten voor woningen van dertig jaar en ouder bedragen minstens € 20.000, hoe groter het huis hoe duurder. Om huiseigenaren te prikkelen te investeren in een klimaatneutraal Nederland graait de minister van Klimaat en Energie duchtig in de schatkist om de vervanging van apparatuur te subsidiëren, waarbij percentages van 30% worden genoemd. De overheid besteedt tot en met 2030, wanneer 1,5 miljoen woningen een warmtepomp moeten hebben, € 1,35 miljard om eigenaren te stimuleren vrijwillig de overstap naar de warmtepomp te maken. Gemiddeld is dat een subsidie van € 900 per woning. In 2050 moeten alle 7 miljoen woningen in Nederland van het aardgas af zijn. Als iedereen verplicht is om over te stappen, is subsidie een vestzak–broekzakconstructie: uiteindelijk betaalt de huiseigenaar de rekening zelf – indirect via torenhoge belastingen. Nodeloos rondpompen van geld dus, aangedreven door een duur mechanisme van bullshitbanen.

    Om de mate van isolatie te kwantificeren heeft de overheid een beoordelingsstelsel bedacht dat voor elk huis aangeeft hoe energiezuinig het is. De schaal loopt van G (zwaar onvoldoende) tot A met vier plussen (uitmuntend), vaak afgebeeld in een waaier van kleuren lopend van dieprood naar grasgroen. Voor het afnemen van dit woningexamen zijn eveneens bullshitbanen gecreëerd – een gecertificeerde energieadviseur maakt een rondgang door de woning, beoordeelt isolatie, cv-ketel en eventuele zonnepanelen, en kent een score toe. Het verkrijgen van een label dat nu al verplicht is bij verkoop van de woning, kost de huiseigenaar € 250 tot € 450, afhankelijk van de grootte van de woning, en dat label is tien jaar geldig. Vanaf het jaar 2030 moeten alle woningen minimaal label D hebben. Voor kantoorpanden geldt nu al minimaal label C. Beoordelen blijft mensenwerk waarbij fouten optreden. Net zoals de becijferingen van een werkstuk van een student door meerdere docenten enkele punten van elkaar kunnen verschillen, zo komt het regelmatig voor dat bij kruisverificaties energielabels toegekend door meerdere adviseurs aan hetzelfde huis, van elkaar afwijken. Dat heeft financiële consequenties, want de prijs die kopers willen betalen en de hoogte van de hypotheekrente hangen af van het energielabel: hoe ongunstiger, hoe meer kopers vrezen dat zij in de nabije toekomst met hoge kosten geconfronteerd worden.



    0 reacties :

    Een reactie posten