Cartoon door Josh: www.cartoonsbyjosh.com

Door Kees le Pair.

Nu zelfs in de publieke media wel eens twijfel opduikt aan de wijsheid kernenergie in de ban te doen, is het tijd voor rationele bezinning. Daarbij is het zaak vooral de lange termijn in het oog te houden. Het energiesysteem is zo groot. Dat verander je niet in een paar decennia. Ook heeft de lange termijn consequenties voor wat nu te doen staat.

Fossiele brandstof is op den duur eindig. Over twee eeuwen zal de rol, die het speelt in de energievoorziening, aflopen. We moeten iets duurzamers hebben. En omdat wind en zon op geen stukken na die rol kunnen overnemen, tenzij we de wereldbevolking grotendeels uitmoorden, kan bij de huidige stand van onze kennis alleen kernenergie de rol overnemen. Al is bij de gangbare technologie ook kernenergie op afzienbare tijd eindig. Die is nl. momenteel gebaseerd op verrijkt uranium. Indien de wereld zich daarmee van primaire energie voorziet, is ook daarvan de voorraad in een eeuw of twee ontoereikend.

Alleen met werkende kweekreactoren op uraan of thorium en misschien kernfusie kunnen we een paar miljoen jaren rustig achterover leunen. We hebben dus zeg twee eeuwen om aan een duurzame transitie te werken. En daar gaat nog een halve eeuw vanaf. Die tijd is namelijk nodig om, als we eenmaal weten hoe het moet, het wereldwijd uit te rollen.

Let wel, het gaat niet alleen om primaire energie. Ook met kernenergie zal de hele industriële productie, de voedselvoorziening, de behuizing en het transport een enorme transitie moeten doormaken. Dat laatste geldt trouwens ook voor het geloof in de fictie van zon, wind en meer van dat moois, dat alleen goed is voor de verwarming en verlichting van luchtkastelen. Uiteraard enkele niche toepassingen daar gelaten.

Een koolstof-, of stikstofvrije voortzetting van het leven is natuurlijk onmogelijk. Maar met voldoende primaire energie, is dat geen levensbedreigend obstakel. Zelfs molenwieken of de lucht kunnen dan als grondstof dienen. Ik ben daarom niet principieel tegen de exploratie van waterstof technologie. Dat heeft potentie als secundaire en transportabele energie drager voor allerlei toepassingen. Mits we over voldoende primaire energie beschikken. Overigens is waterstof daarvoor niet de enige optie. (En indien we het, zoals nu, hoofdzakelijk uit fossiele brandstof maken, vanwege de verliezen zelfs een krankzinnige.)

Atmosferisch CO2 speelt in mijn overdenking geen rol. Het is een weerstand in het uitwaarts energie transport van de aarde. Net als voor ons een deken en een winterjas. Die maken je niet warm, ze houden je warm. Het vergroot dus de temperatuur gradiënt tussen ons aardse woonschilletje en het intens koude heelal. En helpt het hier leefbaar te houden. Maar als fysicus haal ik mijn schouders op over “meer” of “minder”. De vraag is altijd: hoeveel meer of minder? En vanwege de logaritmische afname van de CO2-invloed (gewoon fundamentele fysica): hoeveel ten gevolge van meer? Daarover geeft klimaat modelinformatie geen inzicht. Simpelweg om reden dat “hoeveel meer” er te voren is ingestopt. Dat is de overmoed van modellenmakers. Het dient niet alleen om de gemeten opwarming te verklaren. Maar bovenal om ons met alarmistische voorspellingen bang te maken.

De uitleg van het KNMI, over hoe ze komen aan hun relatie CO2-temperatuur, toont dat ze geen kaas hebben gegeten van wiskundige statistiek. De gebruikte wiskunde is gewoon fout (Yule, 1925)(1). Die mag je niet gebruiken bij vergelijking van twee monotoon stijgende data-reeksen.

Over de connectie tussen het verkeerde klimaatbegrip en de verkeerde energietransitie, schreef ik op deze webstek al eerder(2). De boodschap is nog steeds: ja, CO2 helpt onze Aardse leefschil, qua temperatuur, leefbaar te houden, zij het een klein beetje. Die nuttige rol is bij 100 ppM zo goed als uitgespeeld. En ja, meer CO2 vergroent de aarde en zorgt voor meer voedsel. Over het nadeel van meer CO2 tasten we kwantitatief in het duister. Zelfs over hoeveel het nu en in 1880 deed. Het is niet iets dat je met fundamentele natuurkunde kunt berekenen, omdat het chaotische klimaatsysteem met zijn legio processen en onderlinge ‘feed backs‘(3) uitsluitsel verhindert.

We weten wel, dat het aan het eind van de laatste ijstijden kantje boord was. De CO2-concentratie was toen 180 ppM, terwijl bij 150 ppM menselijk en dierlijk leven op het oppervlak niet meer mogelijk is. Het is nu ca. 420 ppM. Dat geeft een veiliger marge, die we danken aan het verbruik van fossiele brandstof.

CO2-jacht in de energiediscussie laat ik dus voor wat het is: loos alarm. Het zijn de huidige maatregelen die een echt luid alarm rechtvaardigen. Men is bezig onze hele maatschappij, zelfs de hele beschaving overhoop te halen. En het is ontmoedigend te weten dat veel van de mensen die daarmee bezig zijn, dat doen omdat ze zelf hun evangelie geloven. Zulke geloven hebben in de geschiedenis vaker veel levens gekost. Ze waren ook moeilijk uit te roeien, of van hun angels te ontdoen. Dit keer gaat het om veel meer levens.

Het IPCC, de voornaamste aanstoker van de CO2-jacht is vanaf het begin onwetenschappelijk. De opdracht “de menselijke invloed op het klimaat zichtbaar te maken” was al fout. Het had moeten zijn “hoe verlopen de klimaten in de wereld?” En vanaf het begin zijn de IPCC berichten naar media en regeringen altijd losgezongen van de eveneens in de totale rapporten opgenomen bevindingen. Eigenlijk is er niets om ongerust over te zijn. De temperatuur stijging is daarvoor te gering. Alle claims van “nooit eerder vertoond” zijn in hun eigen rapporten van werkgroep 1 weersproken, maar dat is niet doorgegeven aan de regeringen en niet bekend gemaakt door de publieksmedia. Behalve de, geologisch gezien, recente CO2 stijging. Die is echt antropogeen.

Het is nu nog steeds kouder dan in de Middeleeuwen en in twee van de drie vorige interglacialen. Orkanen vertonen geen effect als gevolg van temperatuurstijging. Noch in kracht, noch in frequentie. Arctisch ijs en gletsjers waren een paar eeuwen terug minder en korter. Dat zijn geen model uitkomsten, maar experimentele, historische meet- en zeevaart resultaten. Ook de stijging van de zeespiegel, die al meer dan honderd jaar onveranderd 1,9 mm/jaar is, is net als in die periode overkomelijk. De klimaatwetenschap is de afgelopen decennia enorm gegroeid. Denk o.a. aan de satellietmetingen, de ARGO-boeien en de ijskernboringen. Maar toch is al anderhalve eeuw niets schrikbarends ontdekt. Schrikken doe je alleen van het geschrijf van commentatoren, meest van sociologen, juristen, politicologen, weermannetjes/vrouwtjes en de communicatiedeskundigen van politiek gestuurde zgn. wetenschappelijke instituten. Daar werkt de hoofdmoot van de alarmistische klimaatwetenschappers. Wel is het ene onderzeese vulkaangebied na het andere ontdekt en zijn bepaalde magnetische eigenschappen van de zon in sterkte gehalveerd. De lucht is bij ons spectaculair schoner geworden. Zelfs alarmisten schrijven daar althans een deel van de temperatuurstijging in NW Europa aan toe.

Van 1700 tot 1800 steeg de wereldtemperatuur volgens de proxymetingen en zonder fossiel CO2 0,6 ℃. Proxys lopen altijd achter op de metingen van de weerstations. Ze komen van bodem- en plantenmetingen. Die hebben een veel grotere warmtecapaciteit dan de lucht en de temperatuur moet afgeleid worden van processen met een eindige procestijd. Vergelijk die stijging eens met die van de weerstations in de periode 1850 – heden. Die is 1,3 ℃. Combinatie wijst op een fossiele contributie van ongeveer 0,7 ℃ over 170 jaar. Wat aardig spoort met de berekening van Witteman, die op 0,2 ℃ per eeuw uitkomt(4).

Met alleen primaire energie zijn we er niet. Daarnaast is voor talrijke toepassingen veel nieuwe technologie nodig. Ook daaraan moet hard gewerkt worden. Anders stagneert nog alles van industriële productie tot die van voedsel toe. Er is dus heel wat te doen en de huidige inzet is daarvoor onvoldoende.

Mijn ‘grand reset’ ziet er daarom heel anders uit dan die van meneer Schwab en zijn volgelingen in onze regering. Met een deel van de waanzinnige bedragen die de bevolking nu steekt in wind en zon en andere bronnen goed voor luchtkastelen, zouden we dat m.i. wel voor elkaar krijgen. Maar het mensdom kiest nu eenmaal vaak verkeerd, wat leidt tot massasterfte.

Toch steun ik het pleidooi voor kernenergie nu. Want alleen daarmee bouwen we expertise op voor de stap naar kweekreactoren. Dat er dan ook minder CO2 in de lucht komt, is meegenomen. Voor mij hoeft dat niet. De aarde is er net aardig door aan het vergroenen.

Omdat we met de uraan kweekreactor technisch het verst zijn, ligt research en ontwikkeling daaraan het meest voor de hand, zeg R&D-prioriteit 1. Thorium MSRs zijn in mijn ogen plan B en kernfusie plan C.

Omdat energie van levensbelang is, is werk aan alle drie beslist nodig. Zolang techniek niet is uit-ontwikkeld, kunnen onvermoede obstakels opduiken, die de uitrol alsnog verhinderen. De huidige internationale inspanningen voor kernfusie zijn m.i. ongeveer van de orde die ze zouden moeten zijn. Al zou de krakkemikkege wijze van financiering moeten verbeteren en de technische realisatie ontdaan moeten worden van de rem van nationale lobby’s en trots. (Ik maakte jarenlang deel uit van het bestuur van het Europese fusie onderzoek. In die periode stagneerde het werk twee maal ongeveer tien jaar. Dat kwam door gekissebis tussen regeringen over de vestigingsplaats van een experiment. Die vonden tomaten en Sarbre straaljagers dringender dan kernfusie. Al was de vestigingsplaats beide keren technisch al vanaf het begin een uitgemaakte zaak.)

De grootste R&D inspanning verdient vanaf nu de uraan kweekreactor. Technisch is die op het moment het verst. Daarvan zouden verschillende combinaties van landen demo’s moeten bouwen. De thorium reactor verdient ook een grote inzet. Net als bij kernfusie zijn daar nog beduidende bekende en onbekende moeilijkheden te overwinnen. Maar er zijn ook potentiële voordelen boven uraan, zoals de beschikbaarheid van splijtbaar materiaal en de potentie van minder afval. Met een fractie van de middelen en werkkracht die men thans in waanzinnige, zgn. “duurzame”, projecten steekt, zou Nederland aan alle drie opties een substantiële bijdrage kunnen leveren. Dat is geld steken in echte duurzaamheid.


Door nu met bestaande technologie van verrijkt uraan in Nederland geleidelijk een deel van de fossiel geproduceerde elektriciteit te vervangen door die van zulke kerncentrales zouden we die ontwikkeling faciliteren. Niet alleen met enkele grote, 1000+ MW eenheden. We moeten ook wat moderne kleine. modulaire in het systeem opnemen. Die hebben de potentie qua flexibiliteit gasgeneratoren te evenaren. Zo houden we het elektriciteitsnet stabiel en betrouwbaar. De systeemkosten zijn veel minder dan die van wat nu “duurzaam” heet, dus een echt feest voor de portemonnee. In Frankrijk met 70% nucleaire elektriciteit is de stroomprijs voor de burger de helft van die in windmolengek Duitsland. Bovendien bouwen we zo expertise op, die in een latere fase hard nodig is voor de uiteindelijke echt duurzame oplossing.

Dat we zo ook de CO2-uitstoot drastisch verminderen, vind ik van ondergeschikt belang. Maar wie het mis heeft en daar anders over denkt, mag zich daarop verheugen. Windmolens en zonneparken doen dat nauwelijks. De energie, die daaruit komt, is er goeddeels bij de fabricage, installatie en systeemvergroting te voren door Chinese kolenboeren en Arabische oliesjeiks ingestopt.

***

Noten

  1. De wiskundige G. UDNY YULE, (C.B.E., M.A., F.R.S.) bewees in zijn Presidential Address tot de Royal Statistical Society in 1925, “WHY DO WE SOMETIMES GET NONSENSE-CORRELATIONS BETWEEN TIME-SERIES?” dat de correlatie berekend volgens de methode, die ook het KNMI gebruikt voor CO2 en de temperatuur, bij twee monotoon stijgende data reeksen, niet deugt. Hij noemde het “spurious correlation”.
    De correspondentie daarover tussen CLINTEL en het KNMI staat hier. Zij volharden in hun domheid.
  2. Een zonnige blik op de energievoorziening.
    En daarvoor ONZE TOEKOMSTIGE ENERGIEVOORZIENING.
  3. Chaotische systemen als het klimaat, beschrijven aan de hand van één factor – zoals bij het klimaat CO2 is uitgesloten.
  4. W.J. Witteman is top in de wereld op het gebied van CO2 in een stralingsveld.

***