Het Westen lokt arme landen groene fantasie in

Datum:
  • woensdag 7 september 2022
  • in
  • Categorie: ,
  •  ‘Niemand ter wereld is erin geslaagd te industrialiseren met behulp van hernieuwbare energie.’ 



    Het Westen lokt arme landen groene fantasie in

    30 augustus 2022

    Door ontwikkelingslanden een paradijs van hernieuwbare energie voor te houden, versperren rijke landen hen de weg naar de toekomst.

    Abonnee worden?Dagelijks op de hoogte blijven van de laatste actualiteiten, achtergronden en commentaren van onze redactie? Bekijk ons aanbod en krijg onbeperkt toegang tot alle digitale artikelen en edities van EW.

    Bekijk de mogelijkheden voor een (digitaal) abonnement hier

    De hypocrisie van de rijke wereld ten aanzien van fossiele brandstoffen is duidelijk zichtbaar in haar reactie op de wereldwijde energiecrisis na de Russische invasie in Oekraïne. Terwijl de welvarende G7-landen de arme landen manen om alleen hernieuwbare energiebronnen te gebruiken vanwege de zorgen over het klimaat, gaan Europa en de Verenigde Staten bij Arabische landen bedelen om de olieproductie uit te breiden. Duitsland heropent kolencentrales, terwijl Spanje en Italië de Afrikaanse gasproductie opvoeren. Verscheidene Europese landen hebben Botswana gevraagd om zo veel meer steenkool te delven dat het land zijn export zal moeten verdrievoudigen.

    Eén persoon in de rijke wereld gebruikt meer fossiele brandstoffen dan alle energie die 23 arme Afrikanen tot hun beschikking hebben. De rijke wereld is rijk geworden dankzij grootschalige exploitatie van ­fossiele brandstoffen, die vandaag de dag meer dan driekwart van de energie leveren. Zonne- en windenergie leveren minder dan 3 procent van de energie die wordt gebruikt door de westerse wereld.

    Toch belemmeren rijke landen de financiering van nieuwe fossiele brandstoffen in de ontwikkelingslanden. De meeste van de armste vier miljard mensen in de wereld hebben amper toegang tot energie, dus vertellen de rijken hun zonder blikken of blozen dat ze van geen energie naar een groen paradijs van zonnepanelen en windmolens moeten ‘springen’.

    Wensdenken en groene marketing

    Dit beloofde groene paradijs is een schijnvertoning die bestaat uit wensdenken en groene marketing. De rijke landen zouden nooit zelf instemmen met nog niet-bestaande hernieuwbare energie, en de armen van de wereld zouden dat ook niet moeten doen. Denk aan wat er gebeurde in Dharnai, een dorp dat Greenpeace in 2014 probeerde om te vormen tot India’s eerste gemeenschap op zonne-energie. Greenpeace kreeg warme, wereldwijde media-aandacht toen de milieuorganisatie verklaarde dat Dharnai zou weigeren ‘om in de val van de fossiele-brandstof­industrie te lopen’. Maar op de dag dat werd overgeschakeld op zonnestroom, waren de ­batterijen binnen enkele uren leeg. Een jongen herinnert zich dat hij zijn huiswerk wilde maken, maar dat er niet genoeg stroom was voor de ene lamp van zijn ­gezin.

    Avond in het dorpje Dharnai, India’s eerste gemeenschap op zonneenergie. De inwoners wilden er snel weer vanaf. Foto: Prashanth Vishwanathan/Bloomberg via Getty Images

    Het was de dorpelingen verboden ijskasten of tv’s te gebruiken, omdat die het systeem zouden uitputten. Ze konden geen elektrische kooktoestellen gebruiken, dus moesten ze hout en mest blijven verbranden, die voor vreselijke luchtvervuiling zorgen. In de ontwikkelingslanden sterven miljoenen mensen aan vervuiling binnenshuis die volgens de Wereldgezondheidsorganisatie overeenkomt met het roken van twee pakjes sigaretten per dag.

    Greenpeace nodigde de minister-president van de deelstaat uit om de successen te komen bewonderen. Hij werd opgewacht door een menigte die met borden zwaaide en ‘echte elektriciteit’ eiste (het soort dat je kunt gebruiken om een ijskast of een fornuis te laten werken, en dat je kinderen kunnen gebruiken om hun huiswerk te maken) en niet ‘nep-elektriciteit’ (dat wil zeggen zonne-energie die geen van deze dingen kan doen).

    Toen Dharnai eindelijk op het elektriciteitsnet werd aangesloten, zegden steeds meer inwoners hun aansluiting op zonne-elektriciteit op. Uit een wetenschap­pelijke studie bleek dat een belangrijke reden was dat de overwegend met steenkool opgewekte netstroom drie keer zo goedkoop was als zonne-energie. Bovendien kon die netstroom apparaten als tv’s en fornuizen wel van stroom voorzien. Tegenwoordig ligt het niet meer gebruikte zonne-energiesysteem in Dharnai onder een dikke laag stof en is de projectlocatie een koeienstal.

    Zonne-energie kan zeker een mobiele telefoon opladen en een lamp laten branden, wat nuttig kan zijn, maar het is vaak duur. Een nieuwe studie over zonnelampen in de dichtstbevolkte deelstaat van India toont aan dat zelfs met forse subsidies de zonnelampen voor de meeste mensen veel minder waard zijn dan ze kosten. In rijke landen als Duitsland en Spanje zouden de meeste installaties voor zonne- en windenergie er zonder subsidies nooit zijn gekomen.

    Zonne- en windenergie blijven fundamenteel onbetrouwbaar

    Zonne- en windenergie zijn niet in staat de stroom te leveren die nodig is voor industrialisatie, het aandrijven van waterpompen, tractoren en machines – alle ingrediënten die nodig zijn om mensen uit de armoede te halen. Zoals de rijke landen nu ook ontdekken, ­blijven zonne- en windenergie fundamenteel onbetrouwbaar. Geen zon of wind betekent geen stroom. Batterijtechnologie biedt geen oplossing: wereldwijd zijn er vandaag slechts genoeg batterijen om het gemiddelde elektri­citeitsverbruik gedurende 1 minuut en 15 seconden te voeden. Zelfs tegen 2030, met de verwachte snelle schaalvergroting van batterijen, zouden ze minder dan 12 minuten meegaan.

    Ter vergelijking: elke Duitse winter, wanneer de opgewekte zonne-elektriciteit al op zijn minimum is, is er gedurende minstens vijf dagen, iets meer dan 7.000 minuten, amper windenergie beschikbaar.


    Bjørn Lomborg (57) is directeur van het Copenhagen Consensus Center en visiting fellow aan Stanford ­University’s Hoover Institution. Schreef onder meer False Alarm: How Climate Change Panic Costs Us Trillions, Hurts the Poor, and Fails to Fix the ­Planet.

    Dit is precies de reden waarom de westerse wereld nog tientallen jaren grotendeels afhankelijk zal blijven van fossiele brandstoffen. Het Internationaal Energieagentschap schat dat zelfs als alle huidige klimaatbeloften worden waargemaakt, fossiele brandstoffen in 2050 nog steeds tweederde van de energie van de rijke wereld zullen uitmaken. De ontwikkelingslanden zien de hypocrisie. Zoals de Nigeriaanse vicepresident, Yemi Osinbajo, het elegant formuleerde: ‘Niemand ter wereld is erin geslaagd te industrialiseren met behulp van hernieuwbare energie.’ En toch wordt Afrika ‘gevraagd te industrialiseren met behulp van hernieuwbare energie, terwijl iedereen in de wereld weet dat we gasgestookte industrieën nodig hebben om zaken te doen’.

    In plaats van andere landen op immorele wijze de weg naar ontwikkeling te versperren, moeten rijke landen massaal investeren in de innovatie die nodig is om ervoor te zorgen dat de kosten van groene energie dalen tot onder die van fossiele brandstoffen. Op die manier zal iedereen in de wereld het zich kunnen veroorloven over te schakelen op hernieuwbare alternatieven. Erop aandringen dat minder ontwikkelde landen maar zonder fossiele brandstoffen moeten leven, is deugdzaamheid over de ruggen van anderen.

    0 reacties :

    Een reactie posten