De Europese Unie: geloven in sprookjes

Datum:
  • maandag 2 augustus 2021
  • in
  • Categorie: ,
  • Zeven jaar was Jelte Wiersma EW’s correspondent in Brussel. Hij zag hoe Duitsland en Frankrijk een rijk hebben gebouwd dat verrot is.


    2-8-2021


    De Luxemburgse oud-Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker zei het zo: ‘Als het serieus wordt, moet je liegen.’ Daarmee vatte hij in één zin samen hoe de Europese Unie zich sinds 1950 heeft kunnen ontwikkelen: door burgers voor de gek te houden. Zeven jaar Brussel betekende vooral zeven jaar onzin ontmaskeren. Dat begint al met de naam. De Europese Unie. Of in het dagelijks spraakgebruik: ‘Europa’. De Franse president-generaal Charles de Gaulle liet er in zijn tijd geen misverstand over bestaan wat dat betekent: ‘Europa is Frankrijk en Duitsland, de rest is versiering.’

    Voor iedereen die een heldere duiding van het laatste nieuws zoekt is er EWEW laat de feiten spreken. Scherp, kritisch, maar altijd positief. Al sinds het eerste nummer verscheen op 27 oktober 1945.

    Lees EW al vanaf € 8 per maand 

    De Gaulle had gelijk. De EU is een Frans-Duits of Duits-Frans rijk. Hij vormde in 1963 zelfs formeel een blok met het West-Duitsland van bondskanselier Konrad Adenauer: het Élysée-verdrag. President en bondskanselier komen sindsdien minstens twee keer per jaar samen, ministers en ambtenaren uit beide landen vaker. Belangrijkste agendapunt: Europese kwesties, ofwel: EU-kwesties. In 2019 vernieuwden de Franse president Emmanuel Macron en de Duitse bondskanselier Angela Merkel dit Élysée-verdrag met het Verdrag van Aken. En zij breidden het uit met onder meer gezamenlijke vergaderingen van beide nationale parlementen.

    Tijdens die Frans-Duitse onderonsjes wordt besloten voor de rest. En wee diegene die dat machtscentrum uitdaagt. Toen minister van Financiën Wopke Hoekstra (CDA) in 2018 de zogenoemde Hanze-alliantie smeedde met zeven andere financieel prudente Noord-Europese landen, veegde zijn Franse collega Bruno Le Maire hem op bezoek in Parijs publiekelijk de mantel uit. Landen die een clubje vormen om hun belangen te verdedigen vond Le Maire ondermijnend voor de EU en ‘on-Europees’. Gevraagd of de Frans-Duitse samenwerking ook niet ondermijnend en on-Europees is, antwoordde Le Maire: ‘Dat is anders. Dat is het hart van Europa.’ Houd dan op over een Europese Unie te spreken. Of over Europese ‘samenwerking’, zoals premier Mark Rutte (VVD) doet.

    Luister ook de laatste podcast met Jelte Wiersma:

    Frankrijk en Duitsland hebben geprobeerd om Europa te overheersen

    Frankrijk en Duitsland hebben elk afzonderlijk geprobeerd om Europa te overheersen. De EU is hun vehikel om dat samen te proberen. De Duitse staatsman Otto von Bismarck zei het in de negentiende eeuw al snedig: ‘Europa ligt altijd op de lippen van hen die iets willen van de ander zonder het uit eigen naam te durven eisen.’ Zeker Duitsland durft uit eigen naam niets meer te eisen. Maar uit Europa’s naam wel degelijk.

    Nord Stream 2

    Lees meer over de gaspijpleiding: Nord Stream 2: gasruzie nadert kookpunt

    Toen de Amerikaanse president Joe Biden zich tegen de Nord Stream-gaspijpleiding van Rusland naar Duitsland keerde, reageerde de regering-Merkel: ‘Amerika heeft zich niet te bemoeien met Duitslands en Europa’s energiebeleid.’ Alsof niet Polen en de rest van Oost-Europa net als Amerika faliekant tegen Nord Stream zijn. Er is niet zozeer een Europees energiebeleid, als wel een Duits energiebeleid. Maar Duits energiebeleid valt in Berlijn dezer dagen samen met Europees energiebeleid.

    Het verbergen van Frankrijks zwakte en van Duitslands kracht en autonomie, om zo af te komen van de dominantie van de Engelstaligen in West-Europa sinds de val van Napoleon in 1815: om dat te bereiken hebben Frankrijk en Duitsland sinds 1950 gebouwd aan het aaneensmeden van hun landen en alle landen die om hen heen liggen. Zij profiteerden geweldig van de begrijpelijke Amerikaanse aversie tegen de Sovjet-Unie. Uit vrees voor de verspreiding van het communisme in West-Europa kregen West-Duitsland, Frankrijk, Italië en de Benelux in twee tranches bijna 25 miljard Amerikaanse dollar en gratis beveiliging tegen de Sovjets. Dat bracht een enorme economische groei teweeg. Het WirtschaftswunderLes Trente Glorieuses en il boom economico. De dreiging van Sovjet-dictator Jozef Stalin en zijn opvolgers maakte Frans-Duitse integratie mogelijk. Al wordt dat in de twee Brusselse EU-musea genegeerd. De EU wordt daar, zoals de formele propaganda luidt, als vredesproject verkocht. Maar dat is onzin. Duitsland staat – nog altijd – militair onder curatele van vooral de Verenigde Staten. Het zijn de Amerikanen die Europa niet alleen beveiligen, maar ook voorkomen dat EU-naties elkaar weer het stenen tijdperk in vechten.

    Kohl drukte de euro erdoor in Duitsland

    Met de val van de Sovjet-Unie tussen 1989 en 1991 viel de externe druk weg die de Europese integratie mogelijk had gemaakt. De Franse president François Mitterrand begreep dat als geen ander. Zoals hij ook begreep dat Duitse eenwording onvermijdelijk was en Duitsland de dominante macht op het Europees continent zou worden. In ruil voor zijn steun aan de eenwording eiste hij van de (West-)Duitse bondskanselier Helmut Kohl dat die de machtige D-mark zou opgeven voor een Europese munt. Kohl drukte tegen de zin van zijn medeburgers, zijn partij, de Bundesbank en wie eigenlijk niet in Duitsland, de euro erdoor. ‘Ik was een dictator,’ reflecteerde hij later. Een door Mitterrand uitgeschreven referendum over de invoering van de euro en verdere integratie door oprichting van de Europese Unie, leidde in 1992 tot een nipt ‘ja’. ‘Petit Oui’ is dat gaan heten.

    Duitsland wilde niet, Frankrijk, dat dacht met de euro veel machtiger te worden, nauwelijks. De bevolkingen van de kernlanden van het Frans-Duitse rijk hadden er geen of weinig zin in. De landen met de oudste democratieën, Denemarken en het Verenigd Koninkrijk, begonnen in die jaren afstand te nemen van de EU. Zij bleven beide buiten de euro.

    De EU breidde zich nog wel uit met Zweden, Finland en Oostenrijk (1995) en met de voormalige Sovjet-satellieten in het oosten. Maar zij bleven bijna allemaal buiten de euro en hielden en houden het Duits-Franse rijk op enige afstand. Dat was niet verwonderlijk, want het werd steeds onduidelijker waartoe de EU op aarde is.



    Die vraag is legitiem sinds de val van de Sovjet-Unie. Met het Europees Hof van Justitie, de Europese Commissie, het Europees Parlement en de Europese Centrale Bank als buitenboordmotoren van Duitsland en Frankrijk, is het rui­me sop gekozen, zonder doel en zonder navigatie. De passagiers worden dan logischerwijs onrustig. Zwitserland, Noorwegen en IJsland scheepten na referenda al niet in, het Verenigd Koninkrijk stapte na een referendum uit. Denemarken, Zweden en het gros van Oost-Europa nemen afstand door buiten de euro te blijven en EU-regels en Hof-uitspraken te negeren.

    Dat economisch krachtige landen met een sterk eigen bewustzijn en nationaal zelfvertrouwen, afstand houden of nemen, is goed te begrijpen. De drie grote post-Sovjet-EU-projecten die in de nadagen van de Koude Oorlog als vlucht naar voren in gang zijn gezet, zijn min of meer mislukt. Dat begint bij de open grenzen, een afspraak tussen Frankrijk en West-Duitsland uit 1985. Zij wilden de opkomst bij de Europees Parlementsverkiezingen verhogen en iets leuks doen voor de burgers in de Frans-West-Duitse grensstreek. Om het een Europees tintje te geven mocht de Benelux ook meedoen. Inmiddels kan zonder controle van Den Helder naar Bari worden gereden. De grote winnaars: criminelen. Oost-Europese bendes kwamen roven in het Westen, mensensmokkelaars verdienen goud geld met het illegaal binnenbrengen van Afrikanen en Aziaten.

    Meer over het immigratiebeleid van een ander Scandinavisch land: Hoe Denemarken zijn asielbeleid steeds verder aanscherpt, en waarom

    De ondoordachte opening van de grenzen en het wegbezuinigen van nationale grenswachters leidden tot de immigratiecrisis van 2015 en 2016, toen meer dan anderhalf miljoen mensen illegaal de EU binnenkwamen. Landen als Zweden, ooit een van de veiligste ter wereld, is als relatief grootste ontvanger van immigranten nu het op één na onveiligste land van Europa wat betreft vuurwapengeweld. De financiële druk op de belasting- en premiebetalers nam overal toe, want de nieuwkomers maken ruim gebruik van de verzorgingsstaat.

    De euro werd verkocht als economisch aantrekkelijk

    Het tweede post-Sovjet-project is natuurlijk de euro. De munt werd verkocht als economisch aantrekkelijk. Maar de euro was louter politiek. Het was de prijs die Frankrijk eiste voor de Duitse eenwording. De Britse premier Margaret Thatcher maakte in 1990 op economische gronden gehakt van een eenheidsmunt en hield haar land erbuiten. Landen zouden niet meer in staat zijn de waarde van hun munt aan te passen aan hun concurrentievermogen, een centrale bank zou geen monetair beleid kunnen voeren voor zo’n diverse club landen, omdat hun economische cycli verschillen, en het verlies van nationale soevereiniteit is gigantisch, zo analyseerde Thatcher. Dat maakte een eenheidsmunt ‘waanzin’.

    Lees meer over de vriendschappelijke band tussen Thatcher en de Nederlanders

    Natuurlijk had Thatcher gelijk. De euro is niets anders dan een catastrofe en wat Thatcher voorzag, gebeurde. De euro is te goedkoop voor Noord-Europa, te duur voor Zuid-Europa. Was het inkomen per hoofd van de bevolking in Duitsland en Italië in 1990 vrijwel gelijk, inmiddels ligt dat in Duitsland zo’n 30 procent hoger. De werkloosheid in het noorden is bijna nul, in het zuiden 10 procent of meer.

    Mede daardoor is een volksverhuizing van Zuid- naar Noord-Europa op gang gebracht. Huizen in het zuiden staan leeg, in het noorden is er een tekort aan huizen, die ook nog eens peperduur zijn. De sociale drama’s daardoor zijn vreselijk. Jongeren in het zuiden moeten familie en vrienden achterlaten en trekken voor werk naar het noorden, jongeren in het noorden kunnen geen huis meer kopen. De Europese Centrale Bank intussen gaat naar een balans van 4.000 miljard euro – de prijs om te voorkomen dat Zuid-Europa uit de euro valt. En economisch heeft de euro niets opgeleverd. Sterker nog, de economische groei in de eurozone is structureel lager dan in de niet-eurolanden Zweden, Zwitserland en het Verenigd Koninkrijk.

    Ook zonder interne markt zou er handel bestaan tussen Europese landen


    Lees meer van Jelte Wiersma: Interne markt EU maakt producten ook duurder

    Het derde faalproject is de in Nederland zo bejubelde interne markt. Volgens de Duitse Bertelsmann Stiftung levert de interne markt per hoofd van de bevolking 1.516 euro per jaar op. Na Zwitserland, dat als niet-EU-land grotendeels meedoet aan die markt, het meeste per hoofd van de bevolking. Ook dat is onzin. Het valt niet vast te stellen wat de interne markt oplevert of kost. Ook zonder de interne markt zou er handel bestaan tussen de Europese landen. Het is onmogelijk vast te stellen hoe profijtelijk die zou zijn geweest.

    Vaststaat dat vrijhandel uiteindelijk iedereen welvarender maakt. Thatcher en Nederland waren dan ook groot voorstander van de interne markt. Maar de begin jaren negentig geïntroduceerde interne markt is in de handen van vooral de Franse Commissiepresident en socialist Jacques Delors (1985-1995) verworden tot een anti-concurrentieblok. Dat komt door twee EU-wetten. Grofweg geldt in de EU dat niets mag, tenzij geschreven staat dat het wel mag. Dit voorzorgsprincipe smoort economische innovatie. Daar komt bij dat de interne markt een grote gelijkmaker is. Om ‘oneerlijke’ concurrentie te voorkomen, worden door lobby’s van grote bedrijven, EU-wetten en uitspraken van het Hof van Justitie meer en meer concurrentiemogelijkheden vernietigd. In theorie is het zelfs mogelijk om bijvoorbeeld links rijden illegaal te maken omdat het valse concurrentie is.



    Thatcher ontdekte eind jaren tachtig dat de interne markt in Delors’ handen niet zozeer een vrije markt betekende, als wel een hoogst gereguleerde en almaar uniformere markt. Het verbaast dan ook niet dat de economische groei van de EU-landen sinds begin jaren negentig structureel lager is dan die in de Verenigde Staten. Liep de economische groei tot die tijd gelijk op, vanaf begin jaren negentig begon de EU als geheel mede door de interne markt te slabakken. Concurrentie wordt met elke nieuwe richtlijn verder uitgeschakeld, innovatie door het voorzorgsprincipe geremd.

    Ook is de vrije markt een protectionistisch geheel. Het is niet voor niets een ‘interne markt’. In plaats van bijvoorbeeld Afrikaanse landbouwers vrij toegang te geven en de consument te laten bepalen of hij die producten wil hebben, wordt de consument gedwongen om EU-voedsel te kopen. Duitse en Franse boeren dwingen dat af en laten zich door diezelfde consument ook nog subsidiëren via de EU. Als reactie op dit protectionisme houden andere landen hun markten dicht voor landbouwproducten uit EU-land Nederland. Tot frustratie en schade van de Nederlandse landbouwsector, want de groeikansen liggen vooral buiten Europa. Desondanks houden politici als Rutte vol dat de interne markt profijtelijk is voor Nederland.

    Hoe meer burgers weten, hoe sceptischer of anti-EU zij worden

    Wie maar lang genoeg rondloopt in het Duits-Franse EU-rijk gaat kennelijk in sprookjes geloven. Veel burgers geloven er niets (meer) van. De Franse president Emmanuel Macron zegt zelfs dat Frankrijk de EU verlaat als burgers zich in een referendum mogen uitspreken. Dat is niet verwonderlijk. Vaak zeggen politici in nationale hoofdsteden en Brussel dat de EU beter moet worden uitgelegd, in de veronderstelling dat burgers dan snappen wat een zegen het Duits-Franse rijk is.

    Maar in de praktijk werkt het omgekeerd. Telkens als er een referendum wordt uitgeschreven, ontstaat logischerwijs discussie en komt in korte tijd veel informatie beschikbaar voor burgers. Dan wordt de nonsens van het Duits-Franse EU-rijk eenvoudig blootgelegd en blijkt, zoals in het Verenigd Koninkrijk, dat de meerderheidssteun voor EU-lidmaatschap verdampt.

    Hoe meer burgers weten, hoe sceptischer of anti-EU zij worden. Dus wordt ze maar niets meer gevraagd. Zo kan het Duits-Franse rijk elke dag meer schade aanrichten aan economie en democratie, zoals Duitsland en Frankrijk zo vaak in de geschiedenis hebben gedaan.

    Na zeven jaar neemt Jelte Wiersma afscheid als EU-correspondent. Hij wordt per 1 augustus opgevolgd door René van Rijckevorsel, nu adjunct-hoofdredacteur. 


    ELSEVIER

    0 reacties :

    Een reactie posten