De datamanipulaties van het RIVM

Datum:
  • woensdag 2 december 2020
  • in
  • Categorie: , ,
  • Die cijfers worden gebruikt  om het gedrag van mensen te beïnvloeden in de richting, die men graag wil.


    Geschreven door Maurice de Hond 2-11-2020


    Samenvatting van het artikel

    Cijfers en modellen die door het RIVM worden ontwikkeld lijken eerder bedoeld als pressiemiddel dan als het zo goed mogelijk weergeven van de -verwachte- werkelijkheid. Dat is een doodzonde in een crisistijd voor een overheidsinstantie.

    Lees volledig artikel
    Leestijd: 7 minuten

    Het maken van een model is een goed hulpmiddel om enerzijds ontwikkelingen uit het verleden te analyseren en anderzijds om een inschatting te maken van de ontwikkelingen naar de toekomst toe. Rondom de Covid-19 crisis zijn die modellen heel belangrijk, omdat op basis ervan beslissingen worden genomen. Plus dat degenen die de beslissers controleren (het parlement) ook hulpmiddelen hebben om die controle uit te voeren.

    Het is niet gemakkelijk om in deze toch nieuwe situatie goede modellen te maken. Zeker niet omdat ook de data, die bij het model gebruikt worden, nogal wat problemen kennen. Zoals de vragen: Hoeveel mensen zijn er nu echt besmet met Covid-19? Hoeveel zijn er besmettelijk? Hoeveel zijn er aan overleden? Hoeveel zijn er (inmiddels) immuun voor?

    Bij het maken van het model en bij het verzamelen van de data is het onvermijdelijk dat je bepaalde keuzes maakt. Maar besef dan wel goed dat die keuzes grote gevolgen kunnen hebben voor de uitkomsten van je model. Zo heeft het grote gevolgen als je data gebruikt waaruit zou blijken dat tot nu toe nog maar 8% van de Nederlanders besmet zijn geraakt en 92% dat nog kan worden. Of als je ervan uitgaat dat tot nu toe 20% besmet is geraakt en nog 30% het kan worden.

    Ik heb al vaak gemeld (en gisteren weer) dat het RIVM er een handje naar heeft de data, die men heeft verzameld, zodanig te presenteren dat het beeld wat er naar buiten komt negatiever is dan de cijfers vertellen. En als de maatregelen die op basis van de adviezen van het RIVM zijn uitgevoerd en worden geëvalueerd, dan is de uitkomst altijd geweldig geweest. Zo heeft Van Dissel eind april verklaard dat door de maatregelen van half maart er tot dat moment 23.000 IC-opnames voorkomen zijn.  Dit cijfer was op dat moment een factor 9 keer zo groot als het aantal mensen dat op de IC’s terecht was gekomen.

    Even ter referentie (en ik weet het, de twee landen zijn niet 1-op-1 vergelijkbaar): terwijl in Nederland eind maart het hoogste aantal nieuwe patiënten op IC’s op één dag 129 was, dan was dat in Zweden eind april (gecorrigeerd op het aantal inwoners) maar 90. Om dan eind april te zeggen dat als we geen maatregelen in Nederland hadden genomen, dat hoogste cijfer per dag wel eens boven de 1000 IC-opnames had kunnen liggen, getuigt van weinig gevoel/inzicht in data.

    Maar er zitten bij het RIVM veel knappe koppen, die dezelfde data kennen als ik, en ook weten wat ze met een model wel of niet kunnen. En als ik dan hun werk overzie vanaf maart tot en met gisteren, dan is mijn conclusie dat ze niet de data modelleren, maar vooral manipuleren.

    Waarom ze dat doen, daar kun je alleen maar naar raden, maar dát ze het doen, is evident.

    Ik zal het aan de hand van drie kerncijfers vanuit hun rapporten. En dan zal het patroon heel duidelijk worden:

    Het aantal dat besmet/besmettelijk is

    Ik pak twee van de drie meteen samen. Namelijk hoeveel mensen zijn er in Nederland tot nu toe besmet geweest en hoeveel kunnen er nu anderen besmetten? Geen makkelijke opgave om dat goed in te schatten, want niet iedereen heeft zich laten testen en wat zijn de PCR-testen nu precies waard? Toen men in het voorjaar in bepaalde gebieden in de wereld probeerde in te schatten wat nu de relatie was tussen het aantal positieve PCR-testen en het echte aantal mensen met antistoffen in hun bloed, kwamen we vermenigvuldigingsfactoren van 25 tot 85 tegen. In New Delhi bleek bij een groot onderzoek in juli die factor bijna 40 te zijn. Dus het aantal positieve testen alleen zegt niets over het aantal mensen dat besmet is/ besmet is geweest.

    Diverse grootschalige studies (o.a. in Italië) hebben geprobeerd vanuit de overlijdenscijfers of ziekenhuisopnames terug te rekenen hoeveel mensen er echt besmet zijn geweest. Data analisten Brouwer en Van Egmond hebben de cijfers van die studies toegepast op de Nederlandse situatie en kwamen tot een schatting van 12% van de Nederlanders die tot half mei besmet zijn geweest.  Daarbij werd ervan uitgegaan dat ongeveer 1 op de 200 personen die besmet zijn geraakt eraan overleden (IFR=0,51%). Het grootschalig onderzoek van John Ioannidis voor de WHO komt op basis van een groot aantal studies op een waarde van ongeveer de helft hiervan. Maar doordat we een gemiddeld oudere bevolking hebben is deze 0,51% uit mei in lijn met de bevindingen van Ioannidis.

    Maar dat is niet het cijfer waar het RIVM mee werkte. Die is zich gaan baseren op haar eigen Pienter-onderzoek. Het eerste onderzoek had begin april als onderzoeksdatum en toen zouden er 2,8% van de onderzochte personen antistoffen hebben. Een factor 30 meer dan toen positief getest waren.

    Als dat cijfer juist is geweest en we kijken naar de oversterfte tot en met april in Nederland dan zou Nederland een IFR hebben gehad van 1,6%. Een wereldrecord!

    Het Pienter-onderzoek moet dus een zeer forse onderschatting zijn geweest van het echte aantal besmette personen in Nederland.

    Maar het RIVM gaat onverdroten verder met het Pienter onderzoek om als basis te laten dienen van hun inschattingen over het aantal personen dat besmet is geweest. In juni zou dat percentage gestegen zijn naar 4,5% besmet geweest en begin oktober zou dat 5% zijn.

    Dit zijn uiterst onwaarschijnlijke cijfers als je internationale vergelijkingen zou maken. Deze studie uit mei over Italie laat zien dat de schatting van Brouwer en Van Egmond van 12% in Nederland in mei dichter bij de waarheid moet liggen.

    Maar als je angsten bij bestuurders en bevolking wilt maximaliseren, dan is het natuurlijk beter om te doen alsof er tot nu toe nog maar heel weinig mensen besmet zijn geraakt en nog heel veel slachtoffers erbij zullen komen (zoals de 23.000 voorkomen IC-opnames, die voorkomen zouden zijn volgens van Dissel eind april).

    Hoezeer het vervolgens gaat wringen blijkt wel uit deze grafiek van het weekrapport van het RIVM van afgelopen dinsdag. Het betreft de schatting van het aantal besmettelijken op enig moment. Besef daarbij dat bij die berekening mensen gemiddeld 7 dagen besmettelijk zijn en dat deze grafiek dus ook een indruk moet geven van het aantal dat besmet is geraakt.

    Deze grafiek staat nu -in geupdate vorm- nu al maandenlang in het wekelijkse RIVM-rapport en is een verkeerde weergave van de werkelijkheid.

    Het geeft het aantal besmettelijken op enig moment aan in Nederland. Uitgaande van het feit dat men 7 dagen besmettelijk is, laat deze grafiek zien dat het totaal aantal Nederlanders dat besmet is geraakt tijdens de tweede golf veel hoger is dan tijdens de eerste golf (de top in die grafiek is immers vrijwel gelijk, maar de curve in het najaar is breder dan in het voorjaar en dat zijn dus meer mensen).

    Als je naar de ontwikkeling kijkt van het aantal ziekenhuisopnames volgens NICE dan zie je goed dat de top in maart/april beduidend hoger lag dan nu. (Daarbij zou het ook kunnen zijn dat doordat er veel meer getest wordt de cijfers van maart/april een onderschatting zijn t.o.v. nu.)

    Het interessante daarbij is dat als de cijfers van het RIVM van nu wel kloppen, dan is de IFR nu veel lager dan het IFR-cijfer van het RIVM in het voorjaar. Want de oversterfte is op zijn hoogst 90 per dag geweest begin november. Dat gekoppeld aan de 23.000 nieuwe besmettingen per dag, zoals de grafiek van het RIVM laat zien dan is die IFR nu maximaal 0,4%.  Dat cijfer is meer in lijn met de bevindingen van Brouwer en Van Egmond in mei en die in Italië.

    En met het rechtergedeelte van de grafiek van het RIVM kan berekend worden hoeveel nieuwe mensen volgens het RIVM sinds augustus besmet zijn geraakt. (De weekcijfers uit die grafiek gedeeld door 7).  En dan kom ik tot ongeveer 1,7 miljoen mensen, zijnde 10% van de Nederlanders. Gecombineerd met de schatting van half mei van Brouwer en Van Egmond zouden we nu al de 20% hebben gepasseerd. Een veel hoger cijfer dan de cijfers, die het Pienter onderzoek oplevert (begin oktober 5%).

    Het maakt nogal wat uit voor zowel de evaluatie van het beleid als de planning van het beleid (zoals de vaccinatieaanpak) als men uitgaat van Nederlanders die 20 % of  5 tot 7% besmet zijn geraakt.

    De reproductiefactor

    Een misschien nog groter tranendal is de reproductiefactor. Dat daar het RIVM onverdroten mee door gaat, moet volgens mij zelfs een deel van de medewerkers van het RIVM tot wanhoop drijven.

    Met het reproductiecijfer wordt aangegeven hoeveel mensen die geinfecteerd zijn anderen besmetten. Het basisgetal voor Covid-19 lijkt rond de 2,5 te liggen. Maar door zowel aanpassingen van het menselijk gedrag, de veranderingen van het weer en het feit dat meer mensen immuun raken, is dat cijfer lager.

    Het probleem is natuurlijk bij de berekeningen, dat je niet precies weet hoeveel mensen er echt bemettelijk zijn of besmet worden, dus men moet schattingen maken.

    Het RIVM bepaalde dat cijfer tot 12 juni op basis van ziekenhuisopnames en daarna op basis van het aantal positieve testen. Het probleem met het laatste is dat als het aantal testen sterk fluctueert het aantal positief getesten ook mee fluctueert en dus ook de waarde van de reproductiefactor fors kan beïnvloeden.

    Volgens het laatste rapport van het RIVM is dit de ontwikkeling van de reproductiefactor in Nederland sinds de zomer.

    Besef daarbij dat tussen half augustus en half oktober het aantal uitgevoerde testen is verdubbeld. Alleen dat al zorgt voor een verhoging van die reproductiefactor met bijna 2% per dag.

    Na een inzakking van het aantal uitgevoerde testen tussen eind oktober en half november met 30%, zien we sindsdien weer een stijging met 15%. En nu al 2 weken meldt het RIVM dat de reproductiefactor iets boven de 1 is. En gezien het feit dat deze reproductiefactor circa 18 dagen terug in de tijd ligt, zou dus die reproductiefactor begin november weer naar boven de 1 zijn gestegen en daar gebleven.

    Maar laat begin november nu net het moment zijn dat het aantal nieuwe ziekenhuisopnames duidelijk is gaan dalen. Inmiddels op ongeveer de helft van de cijfers van eind oktober. Het is uitermate onwaarschijnlijk dat de reproductiefactor sinds eind oktober op de 1 is terecht gekomen. Dat kan je echt niet met droge ogen beweren. Maar dat is wel precies wat het RIVM gedaan heeft en doet.

    Op een andere manier is ook te onderbouwen dat het RIVM wel weet of zou moeten weten dat dit cijfer niet kan kloppen. Tot 12 juni heeft men namelijk die reproductiefactor berekend op basis van de ziekenhuisopnames. Die waren toen heel laag geworden en was een berekening van de reproductiefactor hiermee onmogelijk. Maar toen de ziekenhuisopnames weer gingen stijgen, verviel dat argument. En had men gemakkelijk weer terug kunnen gaan naar de ziekenhuisopnames als basis voor de reproductiefactor berekening.

    Maar dat deed men niet. Maar ons Green Team heeft dat wel gedaan. Het reproductiecijfer is berekend op basis van de ziekenhuisopnames gemeld door NICE. Hier treft u hun berekeningen aan. 

    Dit is hun grafiek. De blauwe lijn is de verwachting volgens het door het Green Team ontwikkelde model. De oranje lijn de echte berekening op basis van de NICE cijfers.

    De reproductiefactor is rond 20 oktober onder de 1 gedaald en zat op 13 november op 0,92 volgens de berekeningen van ons Green Team op basis van de ziekenhuisopnamecijfers van NICE.

    Een cijfer dat veel meer in lijn ligt met de ontwikkeling van het percentage positief getesten dat de volgende ontwikkeling heeft doorgemaakt.

    Als wij dat kunnen zien, als journalisten dat kunnen zien, als burgers dat kunnen zien, waarom dan niet de cijferaars van het RIVM???

    Mijn enige verklaring is dat de modellen en de cijfers niet gemaakt worden om de werkelijkheid zo goed mogelijk in te schatten en te voorspellen. Maar dat die cijfers gebruikt worden om het gedrag van mensen te beinvloeden in de richting, die men graag wil.

    Juist in een crisis is het van groot belang dat de informatieverstrekking van overheidsinstanties betrouwbaar is. Zeker ook nu we in de richting gaan van het massaal willen vaccineren van de bevolking. Juist dan is vertrouwen in informatie cruciaal.

    Niet voor niets wordt er gezegd dat in oorlogen het eerste slachtoffer de waarheid is. Bij een crisis als deze, zou de waarheid het laatste slachtoffer horen te zijn. Helaas komt die boodschap niet aan bij het RIVM en degenen die daar politiek verantwoordelijk voor zijn.



    0 reacties :

    Een reactie posten