Groeiende hoop op blijvende immuniteit tegen covid-19

Datum:
  • dinsdag 18 augustus 2020
  • in
  • Voor het eerst is aangetoond dat mensen die de ziekte al eens gehad hebben geen tweede keer covid-19 krijgen. Dat is uitstekend nieuws voor ­groepsimmuniteit en een vaccin.

    Dinsdag 18 augustus 2
    Is iemand die ooit besmet raakte met sars-CoV-2 beschermd als hij opnieuw in contact komt met het ­virus? Dat is een uiterst belangrijke vraag. Indien besmetting leidt tot latere bescherming, dan wordt er groeps­immuniteit opgebouwd en is een behandeling met antilichamen zinvol. Ook verhoogt het de kansen op een werkend vaccin.
    Na eerdere onheilsberichten dat patiënten niet, of niet lang, immuun zouden zijn na een besmetting, blijkt uit meer en meer onderzoek nu het tegendeel. Dat is, ook al zijn het voorlopige resultaten, uitstekend nieuws.
    In een fascinerende studie ­onderzocht de Universiteit van Washington het voorval van de lokale vissersboot American Dynasty. De 122 bemanningsleden van het schip, dat in mei vertrok in Seattle om in de Beringzee heek te vangen, werden vooraf getest op het coronavirus. Ze testten allen negatief. Drie van de bemanningsleden bleken op voorhand neutraliserende anti­stoffen te hebben, een teken dat ze eerder met het virus in contact waren gekomen.
    Op het schip waar covid-19 uitbrak, raakten 103 van de 120 bemannings­leden besmet. De drie die al antistoffen hadden, niet
    Eén besmette moet door de mazen van het net geglipt zijn, want op de boot brak toch covid-19 uit. Na achttien dagen moest het schip ­terugkeren naar de haven omdat een bemanningslid met covid-19 moest worden opgenomen in het ziekenhuis.
    Van de 120 bemanningsleden waarvoor er testresultaten beschikbaar waren, bleken er 103 besmet met het virus, liefst 86 procent dus. Maar de drie bemanningsleden die al antistoffen hadden, raakten niet opnieuw besmet.
    Ook apen beschermd


    Wetenschappers hebben tot nu toe geen enkele herbesmetting kunnen vast­-stellen (foto: de covid-afdeling in het Jessa­ziekenhuis in Hasselt). Fred Debrock

    Ook al is het verschil in besmettingsgraad erg groot tussen de groep zonder en met antistoffen, drie mensen is uiteraard een erg kleine groep. Maar de auteurs stippen aan dat de kans bijzonder klein is dat de resultaten aan toeval te wijten zijn.

    ‘Het is een klein aantal, maar dit is wel een duidelijk signaal dat aangeeft dat een eerdere infectie bescherming biedt’, zegt Herman Goossens, professor microbiologie (UAntwerpen). Ook Johan Neyts, professor virologie (KU Leuven), wijst erop dat het een kleine studie betreft. ‘Maar in elk geval is het goede evidentie.’
    Volgens de onderzoekers is hun studie, die nog geen peer review ­onderging, de eerste die ‘direct bewijs aandraagt dat anti-sars-CoV-2 neutraliserende antistoffen bescherming bieden tegen een sars-CoV-2-besmetting bij mensen’.
    Dat antistoffen uit hun bloed verdwijnen, betekent niet noodzakelijk dat mensen niet langer beschermd zijn
    Eerder werd ook al bij dieren aangetoond dat ze niet herbesmet raken. In een studie die vorige week in het wetenschappelijke tijdschrift Science verscheen, besmetten onder­zoekers negen resusapen met sars-CoV-2. Ze werden er niet doodziek van, laat staan dat ze overleden. Maar de onderzoekers merkten wel een verminderde eetlust en tragere reactiesnelheid op.
    35 dagen na de initiële besmetting werden de resusapen opnieuw besmet. Geen enkele van de negen apen werd opnieuw ziek. Bij vijf van de apen was na één dag geen virus meer te bespeuren. Bij de andere apen ging het om zulke lage virusconcentraties dat de onderzoekers vermoeden dat het meeste van dat virus nog het door de onderzoekers ingebrachte virus betrof. ‘Een infectie bij resusapen geeft bescherming bij een nieuwe virusaanval’, besloten de bezoekers. Een gelijkaardige studie, waarbij het virus een tweede maal toegediend werd bij vier resusapen, kwam tot dezelfde conclusie.
    Ook al bieden de onderzoeken geen sluitend bewijs dat herbesmetting onmogelijk is, de resultaten zijn wel hoopgevend. Bovendien hebben wetenschappers tot nog toe geen enkele herbesmettingen kunnen vaststellen, stipt Goossens aan.
    Als immuniteit duurzaam is, betekent dit dat getroffen regio’s groepsimmuniteit opbouwen. Doordat een deel van de bevolking niet opnieuw besmet raakt, wordt het virus minder snel doorgegeven.
    En het is ook goed nieuws voor een vaccin, zegt Neyts, die zelf aan de ontwikkeling van een kandidaat-vaccin werkt. ‘Als we weten dat bepaalde niveaus van antistoffen bescherming bieden tegen een infectie, kan men op basis van de hoeveelheid antistoffen na vaccinatie weten of die persoon al of niet beschermd is. Vaak is er een grens waarboven iemand beschermd is. Dat is onder meer het geval bij een vaccin voor rabies en gele koorts.’
    Hoelang blijf je immuun?
    Dat iemand na een besmetting immuun is, wil niet zeggen dat hij dat voor altijd is. Bij sommige virussen, zoals de mazelen, geldt de bescherming levenslang. Maar bij andere virussen is een herinfectie wel mogelijk. Dat is bijvoorbeeld het geval bij de jaarlijks terugkerende griep. Een belangrijke reden daarvoor is dat griepvirussen veelvuldig muteren, waardoor ze erin slagen om ons immuunsysteem herhaaldelijk te verschalken. Coronavirussen muteren ook, maar zijn stabieler.
    Bij blijvende immuniteit werden de afgelopen maanden vraagtekens geplaatst, omdat antistoffen uit het bloed verdwijnen. Dat bleek ook in België bij het serologische onderzoek van de UAntwerpen (DS 1 juli). Brits onderzoek wees uit dat de antistoffen na drie weken verminderen tot ze, in sommige gevallen, niet langer detecteerbaar zijn.
    Maar dat betekent niet automatisch dat mensen niet langer beschermd zijn, stellen verschillende recente onderzoeken. Er wordt vaak gefocust op neutraliserende antistoffen, omdat die makkelijk te bestuderen en detecteren zijn. Maar het afweersysteem is veel complexer en bestaat ook uit T-cellen en B-geheugencellen. Meerdere studies geven aan dat die langdurig detecteerbaar zijn. ‘In tegenstelling tot andere studies, besluiten we dat immuniteit tenminste verschillende maanden na infectie blijft’, stellen auteurs van de Universiteit van Arizona. Ze stippen ook aan dat de eerste onderzoeken bij sars concludeerden dat immuniteit van voorbijgaande aard was. ‘Maar recente studies toonden aan dat neutraliserende antistoffen 12 tot 17 jaren later gedetecteerd kunnen worden.’
    DE STANDAARD

    0 reacties :

    Een reactie posten