'Na de zomer komt het virus net zo hard terug'

Datum:
  • maandag 13 april 2020
  • in
  • Categorie:
  • De dagelijkse serie 'Coronakronieken' schetst een portret 

    van mensen en de impact van corona op hun leven.

    Dit keer: Martijn Hoogeveen, die onderzoek deed naar de 

    seizoenseffecten op influenza- en coronavirussen. Hij ziet 

    een duidelijk verband tussen het aantal pollen in de lucht 

    en de invloed daarvan op ons immuunsysteem.

    Naam: Martijn Hoogeveen

    Beroep: Ceo Icecat
    Plaats: Amsterdam
    Aanleiding: Hij deed onderzoek naar seizoenseffecten van influenza- en coronavirussen

    'Van huis uit ben ik psychoneuroimmunoloog, ik was hoogleraar Technische Wetenschappen & Milieu bij de Open Universiteit en houd me nu bezig met big data. Die combinatie heb ik gebruikt bij mijn onderzoek naar het nieuwe coronavirus, dat binnenkort gepubliceerd wordt door Elsevier Science.
    Normaal gesproken besteed ik al mijn tijd aan Icecat, een databedrijf dat onder meer voor Alibaba, Wehkamp en Bol.com werkt. Ik zou net een overname doen in Frankrijk toen het land in lockdown ging. Opeens had ik tijd over. Genoeg om onderzoek te doen naar de gevolgen van Covid-19 voor mijn bedrijf. Ik miste iets in de verklarende modellen die gebruikt worden door de RIVM’s van de wereld.

    De laatste week gaat het aantal ziekenhuisopnames in een bijna rechte lijn omlaag.

    Meer dan de RIVM-modellen voorspeld hadden. Dat is te zien in het hele noordelijk halfrond. Maar om die daling te verklaren kijken we naar de verkeerde variabelen.
    We staren ons blind op het feit dat influenza bijna nooit voorkomt in de zomer. Maar juist het zonnige Italiƫ en Spanje, waar veel uv-licht is, kennen een grotere uitbraak van het virus dan bijvoorbeeld Nederland. Schommelingen in temperatuur hebben nauwelijks effect op de intensiteit van het nieuwe coronavirus.

    Voor mijn onderzoek keek ik naar iets anders: pollen.

    De laatste weken groeit het aantal pollen in de lucht, terwijl het aantal griepgevallen daalt. Het pollenseizoen beweegt zich precies tegenovergesteld aan het griepseizoen. Als je die relatie combineert met hooikoortsstatistieken kom je op een correlatie die van significant naar zeer significant gaat.
    Er zijn twee theorieĆ«n. Of de aerosole pollen belemmeren de verspreiding van het virus door de lucht of er is sprake van immunoboosting— waar bij pollen de turbo op het immuunsysteem zetten. Die twee kunnen wel eens van veel groter effect zijn dan de invloed van UV-licht.

    Je ziet dezelfde trend bij de Spaanse griep.

    Die brak in het voorjaar van 1918 door, doofde in het voorjaar en kwam twee keer zo hard terug aan het einde van het pollenseizoen en vaagde de zwakkeren weg die nog niet van het schaakbord verdwenen waren. Hoewel dat slechts een anekdotisch voorbeeld is, zijn de vooruitzichten bij het nieuwe coronavirus niet goed.
    Wat we zeker weten is dat een vaccin niet op tijd gereed is voor de volgende uitbraak. En die pakt niet alleen het staartje mee zoals nu, maar duurt een heel griepseizoen. Zonder therapie, een geneesmiddel dat de effecten onderdrukt, en een slimmere lockdown zal de economie in het najaar nog veel harder geraakt worden. Ik zet me alvast schrap.'

    FD

    0 reacties :

    Een reactie posten