Tulpen telend Nederland kent twintig procent minder opbrengst. ’Heeft er schijn van dat dit voor een sanering zal zorgen’

Datum:
  • zondag 13 augustus 2023
  • in
  • Categorie: ,

  • Hollands Kroon - SLOOTDORP Een moeizaam seizoen met een matige oogst, zo zal 2023 de geschiedenisboeken in gaan voor de tulpenboeren.



    Lars van der Bel 12-8-2023


    Het voordeel ervan: er zijn zulke tekorten ontstaan op de markt dat de prijzen tot zeer aangename hoogtes zijn gestegen voor iedere boer die nog wat bollen over heeft.


    Het is rustig in de schuur van Maarten Vijn, waar de bedrijfsleider samen met zoon Timo en werknemer Robert Jansen aan een bandje zit. Het plantgoed wordt een laatste keer nagelopen voordat het komend najaar de grond in gaat. Op naar een volgend seizoen en dit jaar snel vergeten. Want dat hield niet over. Vijn kan er kort over zijn: „Een koud nat voorjaar, waardoor het een laat seizoen leek te worden. Toen die droogte en die warmte waardoor het gewas hard achteruit ging. Nauwelijks water in de tussentijd en een groeiseizoen dat zeg maar twee weken korter was dan gebruikelijk. Dat doet wat met je opbrengst.”

    Als hij een schatting mag doen, op basis van zijn eigen oogst en de verhalen die hij als bestuurslid van de KAVB (Koninklijke Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur) heeft opgepikt, heeft tulpen telend Nederland dit jaar twintig procent minder bollen uit de grond gehaald

    „En ik heb mazzel. Van de elf rassen heb ik er twee waarvoor ik afnemers heb moeten bellen dat ik niet aan de afgesproken aantallen kan voldoen. Maar ik heb verhalen gehoord van telers die van sommige rassen maar twintig procent konden leveren. Dat laat sporen na in je bedrijfsvoering.”


    Luxe

    Er zullen bedrijven noodgedwongen moeten stoppen als gevolg van de opbrengsten, dat durft Vijn wel te stellen. Ook omdat er hogere uitgaven waren.


    „De productie van bollennetten is bijvoorbeeld duurder geworden, waarbij de kostprijs sterk afhankelijk is van de oliekoersen. Ook energie was natuurlijk duurder en wat denk je van personeel, dat is amper te krijgen. Moet je maar aan Sylvia vragen”, verwijst Vijn naar eega, partner en afdeling HR van de firma.


    Als het bandje even wordt stopgezet en buiten in de zon een kleine pauze wordt gevierd, blijkt dat Sylvia een manusje-van-alles is binnen het bollen- en akkerbouwbedrijf. Schoonheidssalon ’Tulipa’ is betrokken op het erf en behalve recruiter moet ze in de zomer ook acteren als boekhouder/roostermaker/jeugdbegeleider. „Dan hebben wij hier wel een mannetje of 50 rondlopen. Allemaal scholieren.”

    Het is een luxe dat ze zoveel jeugdige toestroom hebben, geven ze toe.


    Sylvia: „Dat is toch een stuk gezelliger dan arbeidsmigranten moeten aannemen, en ze hebben het dan ook heel gezellig met elkaar.”

    Maarten: „Weet je wat ook het leuke is. Er komen hier kinderen bollen pellen wiens ouders of zelfs grootouders hier ook al hebben gepeld. Een soort traditie die net als dit bedrijf al drie generaties meegaat.”


    Sylvia: „Er komen ouders hier hun kinderen afzetten en vervolgens drinken ze een bakkie mee, of zie je ze zomaar nog een tijdje aan een band of bij een kist staan. Waar zie je dat nog? En het scheelt ook geld ja. Een arbeidsmigrant kost soms bijna drie keer zoveel als een scholier, omdat ze onderdak nodig hebben, omdat er een uitzendbureau tussenzit, noem maar op.”


    Sanering

    Maar, moet Maarten ook bekennen, het is een situatie die alleen houdbaar is bij een kleine bollenkraam. Gaat het areaal richting de tientallen hectares, dan zal er overgeschakeld moeten worden naar het meer fabrieksmatige, met ploegendiensten en arbeidsmigranten. „Ik heb zeven hectare tulpen staan en dat is net mooi. Voor de rest heb ik nog 32 hectare voor akkerbouw. En daar hou ik het wel een beetje bij. Ik zit ook weer dichter op de kwaliteit. Alles wordt hier met de hand gepeld, er komt geen machine bij kijken. Dat zien afnemers ook als ze een kist bollen binnen krijgen. Kijk die vijftien procent die we het afgelopen jaar meer kwijt zijn aan van alles, dat wordt zeuren. Maar voor een kist mooie bollen zijn ze best bereid wat meer te betalen.”


    Sowieso zijn veel partijen bereid ’wat meer te betalen’, ziet Vijn vanuit zijn betrekkingen bij de KAVB. Het is daarom ook niet gezegd dat een matige oogst ook financieel een matige opbrengst betekent. „Er is een tekort dus er wordt nu goed geld voor betaald. Als je bollen over hebt, is dat een mooie meevaller. Ikzelf doe zo’n 75 procent van m’n bollen in de voorverkoop. Zo heb ik een vaste som waar ik vanuit kan gaan. En de rest verkoop ik later op de vrije markt. Daar hebben we nu dus een meevallertje. Maar ondanks dat heeft het er schijn van dat dit bollenjaar voor een sanering binnen de sector zal zorgen.”


    Noordhollands Dagblad



    0 reacties :

    Een reactie posten