Ondanks olieboycot Rusland gezichtsverlies voor EU

Datum:
  • dinsdag 31 mei 2022
  • in
  • Categorie: , ,
  • In Brussel zijn de regeringsleiders het ten langen leste eens geworden over een gedeeltelijke olieboycot van Rusland. Dat het zo lang duurde voordat ze tot een compromis kwamen, is kwalijk, omdat het beeld van eensgezindheid in de Europese Unie flinke krassen heeft opgelopen, vindt René van Rijckevorsel.


    31-5-2022


    Zesentwintig dagen na de triomfantelijke aankondiging van het zesde sanctiepakket door Europese Commissievoorzitter Ursula von der Leyen, zijn de 27 lidstaten het laat op maandag 30 mei eens geworden over het belangrijkste onderdeel ervan: de boycot van Russische olie. Nou ja, een gedeeltelijke boycot.

    Olieboycot betreft driekwart van olie die Rusland naar EU exporteert

    De boycot gaat alleen gelden voor de olie die per tankers wordt vervoerd. Dat betreft zo’n driekwart van de olie die Rusland naar de Europese Unie (EU) exporteert. Maar doordat Duitsland en Polen hebben gezegd eind dit jaar af te zien van olie die zij per pijpleiding krijgen, kan Rusland straks nog maar 10 procent van de olie naar de EU laten stromen. Dat scheelt Moskou een kleine 300 miljoen euro aan inkomsten per dag.

    Hongarije, Tsjechië en Slowakije blijven Russische olie via pijpleidingen krijgen. Die olie moet in eigen land worden gebruikt.

    Deze landen zijn afhankelijk van Russische olie en hebben raffinaderijen die nog moeten worden omgebouwd om niet-Russische olie te kunnen verwerken. De aanpassing van de raffinaderijen zal worden bekostigd met EU-geld.

    Zolang de olie door de pijpleiding blijft stromen, mogen de ontvangende landen de Russische olie niet verhandelen om er zo geld mee te verdienen. Hoelang zij blijven uitgezonderd, is nog niet duidelijk.

    Op zich is het compromis een hele prestatie van de 27 regeringsleiders én hun Permanent Vertegenwoordigers in Brussel, die voor de Europese top van 30 en 31 mei al eindeloos en tamelijk vruchteloos naar compromissen hadden gezocht.

    Dat de olie überhaupt ter tafel kwam tijdens de top én dat er een oplossing zou worden gevonden, waren vooraf geen zekerheid.

    Kwaaie pier was weer de Hongaarse premier Viktor Orbán

    Kwaaie pier in veel Europese ogen was weer eens de Hongaarse premier Viktor Orbán. Maar niet ten onrechte wees hij op de rol van Von der Leyen, die op 4 mei het zesde pakket met de volledige olieboycot aankondigde, zonder verzekerd te zijn van de instemming van alle lidstaten.

    Zij had eerst grondig met de lidstaten moeten overleggen alvorens zulke zware sancties af te kondigen, zei premier Orbán. ‘Bij de vorige vijf sanctiepakketten ging het anders. Nu gaat het over energie. Dat is een serieuze kwestie.’

    Door de grote inschattingsfout van Von der Leyen heeft wekenlang het beeld kunnen overheersen dat de Europese Unie niet meer eensgezind optrekt tegen Rusland. Juist nu de Europese Unie eenheid moet uitstralen, niet alleen naar Moskou, maar ook naar de burgers in de lidstaten, is dit onnodige gezichtsverlies een kwalijke zaak.

    0 reacties :

    Een reactie posten