Mariëtte Hamer moet inpakken en wegwezen

Datum:
  • woensdag 2 juni 2021
  • in
  • Categorie: ,
  • Kabinetsinformateur en PvdA-coryfee Mariëtte Hamer negeert de verkiezingsuitslag en koerst aan op een links kabinet. Ze ondermijnt zo de parlementaire democratie, schrijft Roelof Bouwman.

    2-6-2021

    Op 17 maart, alweer elf weken geleden, waren er Tweede Kamerverkiezingen. Het kan geen kwaad nog eens te memoreren hoe bijzonder de uitslag was.

    Roelof Bouwman (1965) is historicus en journalist. Hij schrijft wekelijks over politiek, geschiedenis en media.

    Om te beginnen behielden de vier coalitiepartijen van het demissionaire kabinet hun parlementaire meerderheid: VVD, D66, CDA en ChristenUnie kwamen samen uit op 78 zetels, een winst van twee zetels.

    Dat gebeurt in Nederland zelden. De laatste keer dat een regeringscoalitie bij Tweede Kamerverkiezingen de meerderheid wist vast te houden, was in 1998, ten tijde van het eerste kabinet-Kok.

    Slechtste uitslag sinds 1918 voor links

    Frappant was ook dat de linkse oppositiepartijen PvdA, SP en GroenLinks samen 11 zetels verloren en er nog maar 26 overhielden. Nog nooit sinds de invoering van het algemeen (mannen)kiesrecht in 1918 scoorden de ‘linkse drie’ en hun voorlopers bij Tweede Kamerverkiezingen zó slecht.

    Ter illustratie: nog in 2006 haalden PvdA, SP en GroenLinks samen 65 zetels. De afgelopen vijftien jaar haakte dus 60 procent van de linkse kiezers af. Ook in Europees verband is dat een ongekend snelle en heftige teloorgang.

    Het spiegelbeeld van deze ontwikkeling was op 17 maart zichtbaar aan de andere kant van het politieke speelveld. PVV, Forum voor Democratie, JA21, SGP en BoerBurgerBeweging haalden samen 32 zetels (plus 7). Nog nooit scoorden partijen rechts van CDA en VVD zo goed. Zelfs niet bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2002, tijdens de hoogtijdagen van de Lijst Pim Fortuyn.

    PvdA’ers oververtegenwoordigd

    Na de opmerkelijke verkiezingsuitslag begon een minstens zo opmerkelijk formatieproces. Eerst was er de potsierlijke vertoning met twee keer twee ‘verkenners’. Daarna werd twee keer een informateur aangesteld, eerst Herman Tjeenk Willink, daarna Mariëtte Hamer.

    Een uiterst curieuze gang van zaken. De partij waarvan beide informateurs lid zijn – de PvdA – is door de kiezers vrijwel weggevaagd. In voorbije tijden waren de sociaal-democraten geregeld goed voor rond de 50 zetels. Sinds 2017 zijn er daar nog maar 9 van over.

    Bovendien zijn PvdA’ers toch al riant oververtegenwoordigd in invloedrijke kringen. Zo levert de partij burgemeesters in twee van de vier grote steden alsmede de directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau en de voorzitter van de SER (Mariëtte Hamer). Ook de Nederlandse eurocommissaris is een sociaal-democraat. Waarom zouden aan dat veel te imposante rijtje nog twee kabinetsinformateurs moeten worden toegevoegd?

    Geen democratische reden voor voorkeursbehandeling belangenclubjes

    Nog maller werd het toen Hamer het tot haar takenpakket bleek te rekenen om uitgebreide praatsessies te houden met allerlei belangenclubs, waaronder ouderen, jongeren, migranten, kunstenaars, milieuactivisten en zelfs de directeur van de Efteling.

    In een corporatieve staat kunnen zulke gesprekken erg nuttig zijn. Maar Nederland is een parlementaire democratie. Net als gewone burgers hebben ook de bobo’s van belangenclubs op 17 maart hun mening kenbaar kunnen maken op het stembureau.

    Er is geen enkele democratische reden om een klein gezelschap kiezers daarna nog apart op het Binnenhof te ontvangen voor een voorkeursbehandeling. Hamer hoort te praten met mensen die tijdens de Tweede Kamerverkiezingen door de burgers als hun vertegenwoordigers zijn aangewezen – en niet met zelfbenoemde zaakwaarnemers. Of zou de informateur bang zijn dat de kabinetsformatie anders te snel opschiet?

    Hamer negeert de verkiezingsuitslag

    De merkwaardige benoeming van Hamer en haar merkwaardige aanpak leidden vorig week tot een eveneens merkwaardig tussenvonnis. De informateur liet weten dat het in het nieuwe Regeerakkoord moet gaan draaien om plannen voor een ‘duurzame economie’ en een ‘inclusieve samenleving’. Ook kondigde Hamer aan dat ze met zeven partijen wil gaan praten over ‘herstel- en transitiebeleid’ na de coronacrisis: VVD, D66, CDA, SP, PvdA, GroenLinks en de ChristenUnie.

    Kennelijk vindt de informateur dat de demissionaire regeringspartijen moeten worden gestraft voor hun goede resultaat op 17 maart: door ze onder progressieve motto’s te laten onderhandelen met drie door de kiezers geminimaliseerde linkse oppositiepartijen.

    Zeker VVD en CDA zouden met dit bespottelijke plan nooit akkoord moeten gaan. PvdA-coryfee Hamer negeert de uitslag van de verkiezingen en ondermijnt met haar werkwijze de parlementaire democratie. Inpakken en wegwezen dient dan het devies te zijn.

    ELSEVIER

    0 reacties :

    Een reactie posten