Moore in de polder.
Een bijdrage van Reynier Pronk.
Het is triest om elke keer weer vast te moeten stellen dat men bij het ‘project' ‘Energietransitie’ zondigt tegen vrijwel alles wat goed projectmanagement kenmerkt. Zo is er geen ‘eigenaar’ (Executive) geen uitgewerkte Business Case, geen einddoel, geen risico-analyse en geen samenhangend plan. Er lijkt ook geen enkele visie te bestaan over hoe Nederland er na de transitie uit komt te zien en of alle resultaten ook maar iets zullen bijdragen aan het beheersen van de temperatuur op aarde (wat toch de ‘baten’ zouden moeten zijn en niet terugdringen van CO2 of het uitbannen van ‘fossiel’).
Dat vraagt er om dat men maar wat gaat aanrommelen, en dat gebeurt dan ook keer op keer.
De ‘ media’ houden zich opvallend stil als het gaat om problemen met – of tegenslagen – bij de (o-zo-noodzakelijke) transitie. Soms echter dringt er wel iets door de filters.
Eerder al is gemeld dat het elektriciteitsnet de spaghetti van nog aan te sluiten zonnepanelen en windturbines niet aankan en men daardoor in het Noorden van het land heeft moeten stoppen met de verdere uitrol van ‘duurzame’ oplossingen.
Dinsdag 12 mei j.l. kwam in Nieuwsuur aan het licht dat zich grote problemen voordoen  bij de uitrol van warmtenetten.
Kijk voordat je verder leest eerst even dit videofragment van Nieuwsuur van dinsdag 12 mei:

Wat is het probleem?

In 2002(!) blijken er er contracten te zijn afgesloten met (toen nog) NUON door een voormalige wethouder. Die contracten zijn kennelijk in 2020 nog geldig en waarschijnlijk nog lang daarna.  Hoe lang kwam niet aan de orde. Tot in de eeuwigheid(?)
Je kunt je voorstellen hoe dat is gegaan; een ambitieuze wethouder die voor de klimaatmuziek uit heeft willen lopen en als goedwillende amateur een contract heeft afgesloten met de professionele dealmakers van NUON en zich vervolgens door hen heeft laten inpakken.
Die wethouder heeft daardoor niet alleen zichzelf in de hoek geschilderd, maar ook een reeks van zijn opvolgers, die dus niet meer onder die afspraken uit blijken te kunnen. Dat gebeurt maar al te vaak.
Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald …?
Daardoor werkt een van de belangrijkste principes van goed projectmanagement niet. Dat is: het kunnen bijsturen’ in gewijzigde omstandigheden.
Nu er in veel gemeenten gekozen is om vooruit te lopen op het ‘gasverbod’, door  duizenden maximaal geïsoleerde nieuwbouwwoningen aardgasvrij op te leveren en op het warmtenet aan te sluiten, blijkt dat voor dit soort huizen een watertemperatuur van  40ºC ruimschoots voldoende is. Nu zitten de bouwers en de bewoners opgescheept met een onnodig zwaar uitgevoerd warmtenet (dikke pijpen) met een watertemperatuur van 70 ºC. Dat kost niet alleen veel meer energie (en uitstoot), maar ook veel meer geld. Ander pikant detail: gedwongen winkelnering voor de bewoners tot in de eeuwigheid.
Voor dit soort bestuurders moet het spreekwoord worden omgekeerd: Beter ten hele gedwaald dan ten halve gekeerd. Je zou er moedeloos van worden.
Als een politicus een zin begint met “met de kennis van nu….” dan weet je dat het goed fout zit. Ook bijzonder is dat zij beweerde in gesprek te zijn met Vattenfall. Iets dan door dat bedrijf verderop in de reportage ontkend werd. Dat er geen onderhandelingen worden gevoerd, blijkt ook uit de reactie van andere steden, waaronder Amsterdam.
Toekomstige hoogwaardig geïsoleerde nieuwbouw krijgt geen gasaansluiting, maar wordt ook op een veel te heet gestookt warmtenet aangesloten. Naast Arnhem worden onder ditzelfde type contract duizenden nieuwbouwwoningen gebouwd in Nijmegen, Tilburg, Purmerend, Amsterdam en Alkmaar.  Allemaal aan te sluiten op een warmtenet, waarvan reeds lang (ook al in 2002 – de kennis van nu blijkt ook de kennis van toen!) bekend is en was dat het niet past bij hoogwaardig geïsoleerde woningen.
Om met de woorden mevrouw Uitzetter van de NEPROM te eindigen: Te duur, niet duurzaam en niet nodig.

En … wat doet het voor het klimaat?

Die vraag stelt niemand zich meer, want de focus ligt immers op vermindering van CO2-uitstoot en het nakomen van Parijs en het Minnesma-vonnis.
Als straks de nieuwe ijstijd begint, dan zal men wakken in de bevroren zee hakken om door te gaan met het plaatsen van windmolens en worden er op de snelgroeiende ijskap, zonnepanelen geïnstalleerd, terwijl de bevolking al is weggevlucht naar warmere streken. Maar ja, contract is contract en we moeten voldoen aan het akkoord van Parijs, toch?
Het besproken warmtenet wordt gestookt door een afvalverbrandingsoven. Hoe schoon is dat? Restafval bestaat uit van alles en nog wat, inclusief schadelijke stoffen afkomstig van bijvoorbeeld polyethyleen. De vuile rook wordt deels gezuiverd door rookgaswassers. Onduidelijk is wat er uiteindelijk in de atmosfeer terecht komt. Veel goeds kan het niet zijn.
Er is nog een belangrijke valkuil: het doel van de installatie is primair: afvalverwerking. Het warmtenet is dus secundair. Als de afvalaanvoer stagneert (wij moeten tenslotte allemaal minder restafval produceren) dan zou op een dag zo maar de verbrandingsoven komen stil te vallen.
Nu hoop ik dat de betreffende wethouder(s) zo slim zijn geweest om de warmte-leverancier te verplichten tot een constante levering van (te) heet water. Dan is de vraag: waar komt de brandstof dan vandaan? Gaat men afval importeren? Wordt het biomassa?
In alle gevallen levert dit dus uitstoot op. Ik vrees niet alleen van CO2.
Stel dat die maximaal geïsoleerde nieuwbouw HR-ketels zouden hebben mogen installeren, dan hadden de bewoners niet alleen de keuze gehad tussen diverse leveranciers, maar zouden ze maar een kleine hoeveelheid (schoon) aardgas (in ieder geval schoner dan verbrand restafval) nodig hebben gehad om hun huis (bij) te verwarmen. Aardgas dat overigens in HR-ketels zeer efficiënt wordt verbrand. Ik schat dat men aan een paar honderd kuub per jaar bij een koude winter, genoeg zou hebben gehad.

De overheid en energiebedrijven

In een vlaag van privatiseringsdrift heeft onze overheid besloten om de energiebedrijven te verkopen aan marktpartijen. Dat heeft er voor gezorgd dat de ‘eigenaren’ – provincies en gemeenten – flink hebben gecasht. De veelheid van energiebedrijven zijn daarna samengeklonterd in een paar grote spelers, die vervolgens ook nog eens in Duitse, Zweedse en Japanse handen zijn gevallen. Onze voormalige bezetters (exclusief Zweden natuurlijk). Hoe lang zal het duren eer deze bedrijven in Chinese handen zullen vallen?
Die partijen zijn oppermachtig geworden en willen natuurlijk precies datgene waarvoor bedrijven zijn opgericht: zo veel mogelijk geld verdienen.
Onze lagere overheden zijn geen partij voor deze grootmachten. Zeker de lagere overheden niet. Het is niet voor niets dat men, bang als men is voor schadeclaims, geen nieuwe contractonderhandelingen durft aan te gaan.
Reken maar dat deze bedrijven een flink slaatje slaan uit de CO2-beperkingsdrift van onze overheden. Ze hebben ruimhartige subsidies bedongen, verdienen flink aan de geleverde energie en als het zo uitkomt slepen ze, met een eeuwigdurend wurgcontract in de hand de overheid voor de rechter om flinke schadevergoedingen te eisen. Niet voor niets durft Wiebes niet meer terug te komen op de biomassa-deal.
Waren de energie-bedrijven gewoon van ‘ons’ gebleven, dan had dit allemaal niet kunnen gebeuren en had de overheid zeggenschap gehouden.

Moore in de polder

Reynier Pronk.
Syp Wynia nodigt in zijn lezenswaardige column Michael Moore uit om een kijkje te nemen in Purmerend. Zie hier. Dankzij Nieuwsuur weten wij nu dat het niet tot die plaats beperkt blijft. Heel Nederland zit inmiddels in de zak van in dit geval ‘Big Energy‘. Er zijn naar ik vrees al veel contracten afgesloten waaronder onze overheid mogelijk spijt van heeft, maar niet meer onder uit kan of durft.
Dan is het niet moeilijk te voorspellen hoe ons landschap er straks uit gaat zien en weten we zeker dat er in plaats van minder, meer CO2 en meer fijnstof zal worden uitgestoten dan bij de ‘do nothing’ optie’. 
Als ik een beleggingstips mag geven: beleg je geld in rest-afval. Dat gaat ‘boomen‘, let maar op!