Doelwit Roche: hoe een Zwitserse farmaciereus de boeman werd in de coronacrisis

Datum:
  • maandag 27 april 2020
  • in
  • Categorie: ,
  • Eind maart moeten werk­nemers van farmaceut Roche in ­Nederland beveiligd worden na ­bedreigingen. Roche zou de productie van coronatesten bewust belemmeren. Maar wat is er waar van dat verhaal?


    Een enkele keer kreeg de nu 61-jarige arts-­microbioloog Casper Jansen uit Diemen de afgelopen dertig jaar een telefoontje over de vinding uit 1990, waar hij als arts in opleiding aan meewerkte en die wereldberoemd werd. Nou ja, in de micro­biologie dan, zijn vakgebied. Daar buiten trok het onderzoek Een snelle en simpele methode voor de zuivering van nucleïnezuur, onder leiding van moleculair bioloog René Boom, weinig aandacht.
    Nu, zoveel jaar later, kun je zeggen dat het eigenlijk een heel eenvoudig idee was, zegt Jansen. ‘Maar bedenk het maar eens, dertig jaar geleden. Het was uniek en heel slim, en het werd zo makkelijker om virussen en andere micro-organismen te onderzoeken.’ Om die te onderzoeken heb je het erfelijk materiaal van het virus nodig, maar dan wel zo schoon mogelijk. Want in het uitgangsmateriaal van mensen – bijvoorbeeld snot of slijm – zitten allerlei ‘storende’ factoren, legt de arts-microbioloog uit.
    En daar vond het team van Boom eind jaren tachtig van de vorige eeuw wat op. Uitgelegd voor een leek komt het hierop neer: het snot of slijm werd in een bepaalde vloeistof gestopt en dan viel het helemaal uit elkaar, tot alleen het erfelijk materiaal – dna of rna – van het virus ‘zuiver’ overbleef, zegt Jansen. En die vloeistof, die hadden zij bedacht. De Boom-­methode ging het heten. Een gouden standaard voor universele extractie, werd het de afgelopen decennia genoemd in wetenschappelijke publicaties.
    Tot een paar weken geleden de coronacrisis keihard toesloeg in Nederland. Toen werd ineens overal over ‘de vloeistof’ gepraat, ook in de gewone wereld. Want dat goedje – lysisbuffer in jargon, afkomstig van het Griekse woord lusis, dat losmaken, scheiden betekent – was nodig bij coronatesten, om het erfelijk materiaal uit het irus te halen. En in Nederland werd niet genoeg getest, was de kritiek.
    De lysisbuffer begon op te raken, zeiden Nederlandse laboratoria. Onderzoekscollectief Follow the Money zei daarvan de boosdoener te hebben gevonden: de Zwitserse farmaceut Roche. Dat bedrijf had de markt voor testapparaten en testkits grotendeels in handen en weigerde het recept voor de lysisbuffer vrij te geven. Onzin, reageerde Roche. Het recept is gewoon voor iedereen beschikbaar, het staat op internet, zei het bedrijf. En dat was het recept van René Boom en zijn team.
    Maar toen was het al te laat. Een kantoor van Roche, het op een na grootste farmaceutische bedrijf ter wereld, in Almere werd beklad met de tekst ‘hoeveel doden?’ en er werd een bord aan de muur opgehangen waarop in rood stond ‘fuck Roche winst’. Er kwamen doodsbedreigingen binnen en hoge managers moesten persoonlijke beveiliging krijgen.

    Miljardentechnologie

    Dat beeld van Roche als grote boosdoener heeft haar verbaasd, zegt ­medisch moleculair microbioloog Suzan Pas van laboratorium Microvida. In hun laboratorium maken ze gebruik van verschillende machines, bijvoorbeeld van de merken Qiagen en Abbott. ‘En ik ben er niet om reclame voor Roche te maken, maar hun MagNa Pure 96 levert 96 samples per keer af, en doet er anderhalf uur over. Andere apparaten doen er veel langer over.’ En dat is dus die machine waar de lysisbuffer in moet.
    Als dan het materiaal uit die wasstraat komt en het erfelijk materiaal schoon is, gaat het de volgende ­machine in, het PCR-apparaat. In die machine wordt het erfelijk materiaal van het virus heel vaak gekopieerd, waardoor het detecteerbaar wordt, de zogeheten polymeraseketting­reactie. En ook in die gespecialiseerde apparatuur is de Zwitserse fabrikant groot.
    Dat komt doordat Roche eind jaren tachtig de grote mogelijkheden zag van deze methode om genetisch materiaal te kopiëren. De methode werd in 1983 uitgevonden door de kleurrijke Amerikaanse biochemicus Kary Mullis – een surfende lsd-liefhebber, die ooit beschreef hoe hij ‘niet onder invloed’ een lichtgevende wasbeer ontmoette – die toen voor het biotechbedrijfje Cetus werkte. Hij kreeg er een bonus van 10 duizend dollar voor van zijn werkgever én het ­leverde hem in 1995 de Nobelprijs voor Scheikunde op.
    Cetus verkocht het patent op de methode in 1990 aan Roche voor 330 miljoen dollar (250 miljoen euro), dat de methode en bijbehorende apparatuur verder ontwikkelde. In 2005 verliep het originele patent. Amerikaanse onderzoekers berekenden destijds dat het Roche toen ongeveer 2 miljard dollar aan royalties had opgeleverd aan de rechten op de ingrediënten en de PCR-techniek. Een van de belangrijke ingrediënten is bijvoorbeeld een enzym afkomstig van een bacterie die in 1969 werd ontdekt in het Yellowstone National Park in de Verenigde Staten.
    Het hoofdkantoor van Roche in het Zwitserse Basel. Beeld REUTERS
    En zo komt het dat de Zwitserse farmaceut nu opduikt als een belangrijke speler bij coronatesten. Maar toch zijn er genoeg concurrenten die ook PCR-machines hebben ontwikkeld, met bijbehorende materialen, zoals de Thermofisher van Applied Biosystems. Sterker nog, in het laboratorium van Microvida doen ze de PCR-test helemaal niet in een machine van Roche.

    Machtsmisbruik

    Epidemioloog en arts Wilbert Bannenberg is voorzitter van de stichting Farma ter Verantwoording, die machtsmisbruik van farmaceutische bedrijven onderzoekt en als het nodig is daar iets tegen begint.
    Roche werd daar in het verleden meermaals voor beboet. Zo deed de Europese mededingingsautoriteit eind jaren negentig een onderzoek naar diverse farmaceuten vanwege verboden prijsafspraken en het verdelen van de markt voor vitamines. Als aanstichter van deze kartels kreeg Roche in 2001 een boete van in totaal 462 miljoen euro. Een jaar later verkocht de Zwitserse farmaceut de vitaminetak aan het Nederlandse DSM.
    Maar of Roche in dit geval de boef is? Nou, nee, zegt ook Bannenberg. ‘Ze maken gewoon heel goede machines. En relatief goedkoop.’
    En die koppelverkoop dan, dat bijvoorbeeld de plastic houdertjes voor de reageerbuisjes van de ene fabrikant niet in de machine van de andere fabrikant passen? ‘Dat doen ze allemaal. Vaststellen of er mededingingsrechtelijk echt sprake is van misbruik van een economische machtspositie vergt veel onderzoek’, zegt Bannenberg.
    Zo’n onderzoek naar Roche is nu niet nodig, zegt een woordvoerder van de Autoriteit Consument & Markt (ACM). De toezichthouder voerde de afgelopen weken overleg met de Zwitserse farmaceut nadat de verhalen over het gebrek aan coronatesten waren verschenen en vroeg informatie op. De fabrikant zegde toe er alles aan te zullen doen om het tekort aan testen op te lossen en ‘eventuele belemmeringen’ daarbij weg te nemen. Daar hoort ook bij dat andere fabrikanten nu bijvoorbeeld de plasticjes voor in de Roche-machines mogen maken. O ja, en Roche deelde zijn recept voor de lysisbuffer met de overheid.

    Geheim recept

    Dat het daardoor lijkt alsof het probleem is opgelost, daar begrijpt Paul Savelkoul, hoogleraar en hoofd medische microbiologie in het Maastrichtse UMC+ niet veel van. Om te beginnen is het niet zo dat Roche een soort van monopolie op coronatesten heeft. Sterker, in hun lab gebruiken ze ook de Magna Pure machine van Roche, maar de PCR-testen doen ze, net als Microvida, in een machine van een andere fabrikant. ‘Die machine vinden we beter in ons laboratorium passen. Daar werken we beter mee.’ En ook in die machine moet een zogeheten buffer, een vloeistof, om het PCR-proces uit te voeren.
    Dat is ook precies waarom het vrijgeven van het ‘geheime recept’ door Roche het probleem niet oplost. ‘Het probleem is niet dat die lysisbuffer niet door anderen gemaakt kan worden. Dat is namelijk heel makkelijk. Ik heb het zelf zo vaak gedaan.’ Nee, het probleem is dat je precies alle ingrediënten kan weten die Roche in de buffer stopt, maar je er toch niet zelf mee wil gaan ‘zitten klungelen’. ‘We moeten bij onze diagnostiek een constante kwaliteit te leveren, dus moet die buffer ook elke keer precies hetzelfde zijn. Het is een precair proces.’
    En dat, zegt Savelkoul, is niet anders dan met de buffer die hij nodig heeft voor de PCR-machine. ‘Die mastermix komt uit Amerika. Die gaan we ook niet na zitten maken.’ Toen hij begin maart doorkreeg dat het heel hard ging met het testen heeft hij daarom direct de ‘hele batch’ opgekocht in Amerika. ‘Daar komt onze mastermix vandaan.’
    Dit is een unieke situatie, zegt ­Savelkoul. ‘Er zijn gewoon nog nooit op zo’n grote schaal testen nodig geweest. Dan kunnen er tekorten ontstaan. Andere fabrikanten kampen met hetzelfde probleem.’
    Dat zegt ook Suzan Pas van Microvida. In 2015 werkte ze in mobiele ­laboratoria die in Sierra Leone werden ingezet bij de bestrijding van ebola. ‘Ik zie gelijkenissen in de uitbraaksituatie en daarna de opschaling. Toen hadden we nooit problemen om aan de testspullen te komen. Dat bestelden we en dan kwam het op tijd. Maar dat was een geïsoleerd probleem. Nu speelt het tegelijkertijd over de hele wereld.’

    Geen tekorten

    Drie weken nadat het pand van Roche in Almere beklad werd, zeggen Suzan Pas van Microvida en Paul Savelkoul van het MUCM+ dat ze op dit moment geen tekorten meer hebben. Roche levert gewoon de lysisbuffer en de plasticjes worden nu bijvoorbeeld ook door een Nederlandse fabrikant gemaakt, zegt Savelkoul.
    Een woordvoerder van Roche wil niet meer op de kwestie ingaan en zeggen hoeveel liter lysisbuffer ze bijvoorbeeld per week produceren. ‘We concentreren ons nu op het zo goed mogelijk bedienen van onze klanten, zodat er zo veel mogelijk testen kunnen worden uitgevoerd.’
    Dat gemis aan informatie vindt arts-microbioloog Casper Jansen wel jammer. Hij had graag geweten hoeveel vloeistof Roche nu eigenlijk maakt. En waarom ze die productie niet in één klap wisten op te schalen. Want dertig jaar later is hij nog steeds trots op de vinding waaraan hij mocht meewerken.
    Wat ze eraan verdienen, dat vindt Jansen niet zo interessant. ‘Ik weet wel dat ik er geen euro aan heb overgehouden. En bedenker René Boom ook niet.’ De vinding werd eind jaren tachtig gepatenteerd door hun werkgever, de afdeling virologie van het Academisch Medisch Centrum (AMC) in Amsterdam. ‘Boom zei: de verdiensten moeten ten goede komen aan het instituut.’
    Zo ging dat toen nog.
    Volkskrant

    0 reacties :

    Een reactie posten