Ontluisterend optreden bij enquête Groningen en onderzoek dekolonisatie Nederlands-Indië
30 oktober 2022 - Bauke Geersing
Na de kindertoeslagaffaire zei Mark Rutte dat hij zijn stijl zou veranderen: meer openheid, meer maatschappelijke en politieke dialoog en meer begrip voor de gewone burger. Sindsdien is het alleen maar meer van hetzelfde: achterkamertjespolitiek, verkeerde voorstellingen van zaken, met de krachtigste wind meewaaien, negeren van afspraken, behoud van de eigen machtspositie en beleid dat doof is voor kritiek. Dat bleek vooral bij de enquête over het Groninger gas en het onderzoek naar de dekolonisatie van Nederlands-Indië. Een column van Bauke Geersing.
Tijdens de regeringsverklaring van zijn nieuwe kabinet verklaarde Rutte een nieuwe bestuurscultuur te zullen entameren, met zelfreflectie en nederigheid en samenwerking met het parlement. Hij zou hard werken aan het herstel van vertrouwen in het kabinet en de politiek. Het blijken slechts woorden. Het vertrouwen in de politiek is nog nooit zo laag geweest. Bijna 80% van de Nederlanders is het vertrouwen in het kabinet kwijt. Het vertrouwen in Rutte is tot een dieptepunt gezakt. Hij kreeg recent het rapportcijfer 4,5.
Geen vaste koers
Dat is mijns inziens het gevolg van het ontbreken van een beleidsvisie bij Rutte op de toekomst van Nederland. Rutte heeft geen stip op de horizon. Daardoor waait hij voortdurend met alle winden mee. Het is echter niet een windvaan die een schip voorwaartse snelheid geeft, daarvoor zorgen de motor en de uitgezette koers op basis van een doordacht plan. Het optreden van Rutte zorgt er zelfs voor dat neomarxisten, die een culturele revolutie willen, de wind in de zeilen krijgen in ons land.
Enquête Groninger gas
Donderdag 13 oktober 2022 werd Rutte verhoord door de Enquêtecommissie van de Tweede Kamer naar aanleiding van het aardgasschandaal in Groningen. Zijn optreden was ontluisterend. Dat zijn herinnering hem herhaaldelijk in de steek liet wekte geen verbazing. Die tactiek heeft hij meermalen toegepast in debatten in de Tweede Kamer. De variant ‘geen actieve herinnering’ werd door hem gebruikt om eraan te ontkomen dat hij in feite niet de waarheid sprak. Tijdens het verhoor bleek dat hij zich niet goed had voorbereid en belangrijke passages uit de notulen van de ministerraad niet kon terugvinden, hij kon geen ‘reconstructie’ maken van wat daarin was besproken.
Handigheidje
Een essentiële notitie van de topman van Shell aan hem persoonlijk bezorgd op zijn ministerie van Algemene Zaken, was daar zoekgeraakt. De Enquêtecommissie had wel een exemplaar. Tijdens het verhoor met de Shell-topman kwam het stuk uitvoerig aan de orde. Rutte kon ermee wegkomen dat hij het stuk niet had. De Enquêtecommissie liet dit over haar kant gaan. Rutte viel de leden van die commissie herhaaldelijk in de rede; een bekend debathandigheidje. Het viel op dat de voorzitter van de commissie hem daarover niet terechtwees.
Visie
Rutte minimaliseerde zijn rol in het drama en schoof steeds de inhoudelijke discussie door naar vakministers en anderen. Hij positioneerde zich als een bescheiden technisch voorzitter van een college dat ministerraad heet en ons land bestuurt. Soms deed hij wel eens een telefoontje om te helpen. Hij heeft een leuke baan, zo zegt hij zelf. Maar op een beleidsvisie kun je hem niet betrappen. Voor visie moet je bij de oogarts zijn, volgens Rutte.
Ontsnapt
Rutte schiet door de ondergrens van geloofwaardigheid als hij beweert dat de financiële randvoorwaarden geen essentiële rol zouden hebben gespeeld. Zijn bewering, dat hij zich pas vanaf 2018 realiseerde hoe ernstig de situatie in Groningen was, schiet ook door die ondergrens. Het KNMI heeft een overzicht van de aardbevingen in het gaswinningsgebied. Daaruit blijkt dat er vanaf 2011 reden was voor zorg. In 2012 vond de beving in Huizinge plaats met 3.6 op de schaal van Richter. De Shell-topman zegt tijdens zijn verhoor dat Shell al in 2015 had willen stoppen met de gaswinning. Hoe kan Rutte nu volhouden dat hij pas in 2018 op de hoogte zou zijn van de ernst van de situatie? Hij had er weet van moeten hebben.
De Enquêtecommissie liet hem ook hier ontsnappen.
Parallelle werkelijkheid
Het lijkt erop dat we in Nederland met een minister-president zitten die in een parallelle werkelijkheid leeft. Een werkelijkheid die hij zelf creëert en die hij aan anderen wil opdringen. Als die dat niet accepteren slaat Rutte een verontwaardigde toon aan en eist excuses, roept zelfs dat een andere opvatting dan de zijne staatsrechtelijk schuurt.
Tijdens een recent interruptiedebat met Omtzigt over de wijze waarop op het ministerie van Algemene Zaken activiteiten van Rutte worden gearchiveerd, suggereerde Omtzigt dat het erop leek dat het ministerie met een politieke agenda archiveert. Het betrof de zoekgeraakte sms’jes van Rutte in de Sywert-zaak. Rutte koos de tegenaanval en zei dat Omtzigt met deze suggestie door de ondergrens zakte. Hij wilde excuses. Omtzigt antwoordde dat Rutte zelf door de ondergrens was gezakt en bleef bij zijn analyse.
Bondgenoot cultuurmarxisten
Rutte laat zich kennen als een bondgenoot van de cultuurmarxisten, die erop uit zijn onze samenleving structureel te veranderen. Die veranderingsstrategie loopt via belangrijke cultuurelementen die de meningsvorming van het publiek bepalen. Dan gaat het over de instellingen van onderwijs, literatuur, het ondersteunen van de ‘woke-opvattingen’, activistische geschiedschrijving en de media. Via het creëren van een hegemonie in de educatieve, culturele en mediasector is het de bedoeling de structurele verandering van onze samenleving vorm te geven. Kernelement in deze links-activistische veranderingsstrategie is het creëren van slachtoffers die bescherming moeten krijgen en daders die zich voor hun gedrag moeten excuseren en boete moeten doen. Herstelbetalingen is een volgende stap in deze aanpak.
D66 onder Sigrid Kaag is de proponent van deze stroming en Rutte schikt zich volgzaam. Rutte blijkt niet alleen een man zonder visie, die vooral zijn baan als minister-president wil houden. Hij lijkt op ‘De man zonder eigenschappen’ uit het gelijknamige boek van de Oostenrijke auteur Robert Musil. Het dilettantisme, waarbij allerlei rollen worden uitgeprobeerd zonder zich ermee te vereenzelvigen, komt aardig overeen met het gedrag van de minister-president.
Onderzoek dekolonisatie Nederlands-Indië
Een ander belangrijk dossier ondersteunt de juistheid van de analyse van Omtzigt, dat op Algemene Zaken onder Rutte met een politieke agenda wordt gewerkt, afspraken worden genegeerd en links-activistische geschiedschrijving wordt verdedigd. Dit blijkt uit Ruttes gedrag bij onderzoek naar de dekolonisatie van Nederlands-Indië 1945-1950. Het kabinet Rutte kondigde eind 2016 een breed, onafhankelijk onderzoek naar die dekolonisatie aan, dat alle partijen onder de loep zou nemen. Geen eenzijdige focus dus op het geweld van de Nederlandse militairen, maar ook aandacht voor hun humanitaire acties. Tevens zou het hevige geweld van de tegenstanders van de Nederlanders tijdens de zogenoemde ‘Bersiap’-periodes onderzocht worden.
Het onderzoek werd uitgevoerd door het Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies (NIOD), het Koninklijk Instituut van Taal-, Land- en Volkenkunde (KITLV) en het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH). Deze instituten schreven in een persverklaring van 9 februari 2017 in te stemmen met de onderzoeksrandvoorwaarden van het kabinet. Het kabinet trok 4,1 miljoen euro uit voor het onderzoek en zou pas na afronding van het onderzoek een oordeel vellen.
Resultaten onderzoek
Op 17 februari 2022 presenteerden de drie instituten de eerste resultaten van dat dekolonisatieonderzoek. Niettegenstaande de met het kabinet afgesproken randvoorwaarden hebben ze een eenzijdig, vooringenomen, antikoloniaal, links-activistisch onderzoek uitgevoerd, waarin het beweerde structurele extreme geweld van de Nederlandse militairen centraal staat. Zonder wetenschappelijk bewijs werden de krijgsmacht als instituut en de verantwoordelijke leidinggevende politieke, militaire en justitiële functionarissen in de beklaagdenbank gezet.
Op dezelfde dag kwam het kabinet Rutte IV met een reactie waarin het deze resultaten onderschrijft, omarmt en diepgemeende excuses aanbiedt aan de slachtoffers van dat beweerde geweld, de Indonesiërs. Rutte besloot dus niet te wachten totdat alle resultaten van het onderzoek waren gepubliceerd. Waarmee hij de afspraken met de Tweede Kamer terzijde heeft geschoven. Hij wilde de verwachte media-ophef zo snel mogelijk kanaliseren via een excuusbrief van het kabinet.
Van standpunt veranderd
Het optreden van Rutte is tegen een bredere achtergrond te plaatsen. In 2020, ter gelegenheid van de stamelend uitgesproken excuses van koning Willem-Alexander tijdens diens staatsbezoek aan Indonesië, stelde Rutte dat het beleid van de Nederlandse regering met betrekking tot het optreden van de Nederlandse militairen in het kader van de zogenoemde Eerste en Tweede Politionele Actie, alleszins verdedigbaar was. Nu, twee jaar later, is Rutte diametraal van standpunt veranderd op basis van een onderzoek van links-activistische historici.
Om aan de grootste woede van miljoenen direct bij dat dekolonisatieonderzoek betrokken Nederlanders te ontkomen, spreekt Rutte op 3 september 2022 in Roermond tijdens de herdenking van de Japanse capitulatie ook enkele positieve zinnen uit voor die militairen die hun best hebben gedaan en nergens aan schuldig zijn. Hij onderschrijft wederom de onderzoeksresultaten, ook al is daarop uit veel richtingen fundamentele kritiek geuit.
We zien een duidelijke parallel met het Groninger gasdossier. Ook daar demonstreert Rutte geen wezenlijke belangstelling voor de echte noden van de Groningers en de toenmalige politieke context en bedenkt hij allerlei trucs om zich aan zijn verantwoordelijkheid te onttrekken.
Cultuurmarxisme
Het gaat in feite alle democratische grenzen te buiten dat wij in Nederland een kabinet hebben onder leiding van een minister-president, die een deel van het gedachtengoed van de Italiaanse communist en vader van het cultuurmarxisme Antonio Gramsci (1891-1937) lijkt te hebben overgenomen. In de Troonrede 2022 liet Rutte de koning zinnen uitspreken die geheel passen in het cultuurmarxisme van Gramsci: het identificeren van “de minder mooie bladzijden uit onze geschiedenis”. Geschiedschrijving gaat echter niet alleen over zulke bladzijden, maar vooral over het waarheidsgetrouw opschrijven en begrijpen wat er destijds is gebeurd.
Schuld- en boetetaal
De doorwerking van de “minder mooie bladzijden” naar het heden wordt instemmend in de Troonrede vermeld. Die opvatting is gebaseerd op de stelling van de antropologe Gloria Wekker, dat elke witte die wordt geboren een archief van eeuwen slavernijverleden, racisme en kolonialisme tussen de oren heeft. Wekker riep uit: “Witte onschuld bestaat niet!” In de Troonrede wordt het beweerde “extreme geweld van Nederlandse zijde tijdens de dekolonisatieperiode” genoemd. Het geweld van de tegenstanders wordt niet genoemd, waarmee aan de historische context voorbij wordt gegaan. Dan volgt de zin over de herdenkingen van 150 jaar afschaffing van de slavernij in 2023. In dat jaar “is er opnieuw aanleiding onszelf rekenschap te geven van ook dit deel van onze geschiedenis.” Dit is schuld- en boetetaal van links-activistische historici en politici. Taal waarmee D66 uiteraard geheel instemt.
Ik sluit af met de trieste constatering dat onder leiding van Rutte in de Troonrede cultuurmarxistische opvattingen worden gepropageerd. Laten we niet vergeten dat het juist Lenin was die zei: “Een leugen die vaak genoeg verteld wordt, wordt op den duur zelf waarheid”. Zo ver zijn we in dit land inmiddels afgezakt.
0 reacties :
Een reactie posten