Bezorgdheid, teleurstelling en begrip

Datum:
  • woensdag 22 april 2020
  • in
  • Categorie: , ,
  • Den Haag - Ouderen boos, onderwijs angstig, horeca huivert, ondernemers teleurgesteld.
    22-4-2020

    Een heel pril begin van de weg terug, zo kenschetste premier Rutte dinsdag de voorzichtige versoepeling van de coronamaatregelen voor een klein aantal sectoren. 

    Volgens RIVM-directeur Jaap van Dissel zou het onverantwoord zijn om de maatregelen nog verder af te bouwen. „Het zorgpersoneel heeft een adempauze nodig.” 

    Het lijkt weliswaar „allemaal wat beter te gaan” en de druk op de intensivecareafdelingen van de ziekenhuizen neemt wat af, stelt Van Dissel. Maar verpleegkundigen en artsen zijn aan het eind van hun latijn. „Deze personen werken shifts van twaalf uur per dag, en dat doen ze al maanden. We moeten een periode krijgen waarin dat minder wordt.” 

    Onderwijzers 

    Vanuit het onderwijs, de sector die als eerste de deuren weer moet openen, zijn de reacties niet onverdeeld positief. Onderwijzers vrezen voor hun eigen gezondheid en die van hun familie. De onderwijsbonden hameren erop dat de veiligheid voorop moet staan. 

    „Als je zelf gezondheidsproblemen hebt of je partner heeft die, dan moet je niet worden gedwongen om voor de klas te staan”, reageert voorzitter Eugenie Stolk van de Algemene Onderwijsbond (AOb). 

    Verder hoopt de AOb dat het RIVM-onderzoek naar infecties met het coronavirus bij kinderen openbaar wordt gemaakt voordat de scholen openen. Dat onderzoek is nog gaande, maar volgens het RIVM is wel duidelijk dat kinderen veel minder vaak besmet raken en zelden ernstig ziek worden. 

    De kinderopvangbranche juicht het besluit dat de opvang weer helemaal open mag toe, maar is niet blij met het kabinetsbesluit om basisschoolkinderen eerst maar de helft van de dagen naar school te laten gaan. „Voor buitenschoolse opvang wordt het buitengewoon lastig en ook voor ouders wordt het een enorme puzzel”, reageert directeur Emmeline Bijlsma van de Brancheorganisatie Kinderopvang. 

    Ouderen 

    Kinderen mogen wel weer naar school, maar nog niet bij opa en oma in het verpleeghuis op bezoek. Een klap voor de ouderen, die gehoopt hadden op een beperkte versoepeling. 

    Het Nationaal Ouderenfonds is teleurgesteld dat er voorlopig niets verandert aan de bezoekregeling voor ouderen. „De maatregelen zijn een klap in het gezicht van ouderen die al weken wachten op bezoek van dierbaren. Gebrek aan dit contact begint een steeds groter probleem te worden”, zegt Corina Gielbert, directeur Nationaal Ouderenfonds. 

    Kappers, schoonheidsspecialisten, maar ook de organisatoren van festivals hadden al rekening gehouden met een verlenging van de maatregelen. Er is begrip en teleurstelling tegelijk. 

    Bij voorzitter Maurice Crusio van Kappersbranchevereniging Anko overheerst toch de teleurstelling. „In onze ogen hebben we er als brancheorganisatie echt álles aan gedaan wat in onze macht ligt om weer veilig open te kunnen.” 

    Ontspanning 

    De vele festivals in de zomer moeten worden afgeblazen. Pinkpop, North Sea Jazz, Parkpop, om er maar een paar te noemen. De organisatie van Parkpop noemt het besluit van het kabinet om het verbod op grote evenementen te verlengen ’pijnlijk, doch onvermijdelijk’. 

    Intussen snakt de horeca naar een verlichting van de maatregelen, stelt branchevereniging Koninklijke Horeca Nederland (KHN). „Wij denken dat Nederland ook snakt naar ontspanning die de horeca kan bieden.” Dat de maatregelen voor de horeca niet verlicht zouden worden begrijpt KHN omdat de volksgezondheid het allerbelangrijkste is. 

    Werkgevers 

    Werkgeversorganisaties VNO-NCW en MKB Nederland vinden het teleurstellend dat hun leden allemaal protocollen hebben opgesteld voor het opstarten van de activiteiten zonder dat er iets mee gedaan is. „Dat is niet beloond door het kabinet en dat is best zuur”, zegt Hans de Boer, voorzitter van VNO-NCW. 

    „We hadden wel wat op wat meer versoepeling gehoopt”, zegt een woordvoerder van INretail, de brancheorganisatie van winkeliers in de non-food. „In een dorp heb je nog een gunfactor, zodat mensen naar je winkel komen. Maar in steden met winkelcentra is vooral recreatief shoppen heel erg belangrijk. Dat betekent dat ook een deel van de horeca open moet. We hadden daar wel meer van verwacht.”

    Noordhollands Dagblad


    0 reacties :

    Een reactie posten